Grammatica - blok 2 - les 2 - H3O - KTL lijdend voorwerp - B woordsoorten lw en znw

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Welkom bij Nederlands!

• Begin met 10 minuten lezen in je leesboek.

Startopdracht

1. Terugblik vorige les, huiswerk bespreken;
2. Wat gaan je deze les leren (lesdoel); K/TL lv, B: lidwoord en zelfstandig naamwoord
3. Uitleg theorie, instructie opdrachten;
4. Zelfstandig werken aan opdrachten;
5. Lesafsluiting: evaluatie les, huiswerk, volgende les.

Lesprogramma

Splitsbare werkwoorden- wat weet je nog?

Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin?

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.

Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

Blok 2 - Zelfstandig werken / huiswerk bespreken

Basis:

Opdracht 6, 7, 8 maken.

Klaar? 

Lezen in je leesboek

K/TL

Bespreken huiswerk:

opdracht 1 t/m 5

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

Kunnen

Je kunt het wwg met te benoemen (K/TL)

Je weet wat een lidwoord en een zelfstandig naamwoord is. (B)

Je kunt de volgende zinsdelen benoemen:

- pv

- wwg (incl. splitbaar en met te)

- ond

- lijdend voorwerp

Weten

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

K/TL Uitleg - wwg met te

Je weet dat het werkwoordelijk gezegde uit alle werkwoorden van een zin bestaat. Soms staat voor het hele werkwoord te. Dan geldt:

persoonsvorm + te + hele ww = werkwoordelijk gezegde

voorbeeld

Aukje zit de hele tijd te lachen.

wwg = zit te lachen

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Blok 2 - Zelfstandig werken / huiswerk bespreken

Basis:

Nabespreken huiswerk

Opdracht 1, 3, 4

+ uitleg lidwoord en znw (2.7 blz. 73)

Maken opdracht 12, 13

K/TL

Luistert mee naar de instructie voor Basis.

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

B Uitleg - lw en znw

R 

• In het Nederlands zijn er drie lidwoorden (lw): de, het en een. Ze staan voor zelfstandige naamwoorden.
  
• Een zelfstandig naamwoord (znw) gebruik je voor mensen, dieren, planten en dingen. Je kunt er een lidwoord voor zetten. 
• Van de meeste zelfstandige naamwoorden kun je een meervoudsvorm en een verkleinwoord maken.
• Namen zijn ook zelfstandige naamwoorden. Dit noem je eigennamen.

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

B zelfstandig werken

1. Lees de theorie: 2.7 blz. 73
2. Maak opdracht 12 + 13 
3. Alleen en in stilte

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

K/TL Uitleg - lijdend voorwerp

R Een basiszin bestaat minimaal uit twee delen:

- een deel dat aangeeft wat er gebeurt. (wat gebeurt er?)

- een deel dat aangeeft wie het doet. (wie doet het?)

Bij sommige werkwoorden heb je dan nog steeds niet genoeg informatie om te weten wat er precies gebeurt.

voorbeeld

Eten

Ik eet. (een appel? een boterham? een broodje hete kip?)

Omhakken

Ik hak om. (een boom? een paal?)

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

K/TL Uitleg - zinnen ontleden

R Ontleden doe je in een vaste volgorde:

1. pv       (tijdproef)
2. wwg   (alle werkwoorden in de zin/splitsbare ww/werkwoorden met                te)
3. ond     wie of wat + wwg
4. lv         wie of wat + wwg + ond

Lijdend voorwerp

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Blok 2 - Zelfstandig werken

Lees	Lees de opdrachten met de voorbeelden goed door. Lees de gele theorie goed door
Maak	K/TL : opdracht 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13 B : opdracht 6, 7, 8, 12, 13
Hoe	1. alleen, stil 2. extra uitleg 3. schoudermaatje 1. 10 min. 2. 5 min. 3. 10 min.
Tijd	25 min.
Klaar	Lezen in je leesboek
Resultaat	Af tijdens de les

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

Kunnen

Je kunt het wwg met te benoemen (K/TL)

Je weet wat een lidwoord en een zelfstandig naamwoord is. (B)

Je kunt de volgende zinsdelen benoemen:

- pv

- wwg (incl. splitbaar en met te)

- ond

- lijdend voorwerp

Weten

Leerdoel gehaald?

Leg in eigen woorden uit.

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Wat niet af is tijdens de les.

Volgende les Spelling Blok 2

Evaluatie en huiswerk

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen het leerdoel van de les hebben behaald.