Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
veiligheid in de kinderopvang
Slide 1 - Diapositive
80 kinderen onder de vier worden per dag behandeld op eerstehulpafdelingen van ziekenhuizen door een privé-ongeval.
A
waar
B
niet waar
Slide 2 - Quiz
De meeste ongelukken met kinderen onder de 4 jaar gebeuren in en om het huis.
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quiz
In Nederland overlijden ieder jaar ongeveer 40 kinderen onder de 4 als gevolg van een privé-ongeval.
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quiz
Het meest voorkomende ongeval bij kinderen onder de 4 jaar is botsen en stoten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Een baby van 3 maanden kan zich al omrollen.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quiz
Verpakkingen met kindveilige sluitingen zijn veilig voor kinderen (bijvoorbeeld sluitingen van schoonmaakmiddelen).
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quiz
Verdrinking is de belangrijkste doodsoorzaak bij met kinderen onder de 4 jaar.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quiz
Een laagje water van 10 cm is voor kleine kinderen al genoeg om in te verdrinken.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quiz
Bij verstikking gaat het in de helft van de gevallen om voedsel.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quiz
Een kind van drie jaar laten spelen naast een open water valt onder risicovol spelen.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
Wat deed jij vroeger als kind wat je nu als risicovol spelen zou bestempelen?
Slide 12 - Question ouverte
Hoe komt het eigenlijk dat we zo risicomijdend zijn geworden?
Slide 13 - Question ouverte
Waarom is risicovol spelen goed?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Vidéo
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Diapositive
Slide 37 - Diapositive
Slide 38 - Diapositive
Slide 39 - Diapositive
Slide 40 - Diapositive
Slide 41 - Diapositive
‘s Morgens komt moeder Karin haastig en moe-uitziend op de opvang aan. Haar baby Susanne huilt continue. Ze vertelt jou dat ze, tot haar grote opluchting, een manier heeft gevonden om haar baby rustig te krijgen. En dat is wanneer ze Susanne op haar buik in de wieg legt. Hoe zou jij hier op reageren?
A
Je legt Karin direct uit dat dit gevaarlijk is en dat ze dit niet meer mag doen.
B
) Je zegt er niks van op dit moment, want je ziet dat ze erg blij is dat ze eindelijk een oplossing
heeft gevonden.
C
Je bespreekt alternatieve mogelijkheden met haar om te zorgen voor meer rust en regelmaat.