Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.
Éléments de cette leçon
Deze les:
blz. 128 tekstboek
blz. 148 - Opdrachten bespreken
- Uitleg gedrag: aangeboren of aangeleerd
- Video (+ vragen)
Slide 1 - Diapositive
Gedrag wordt veroorzaakt door?
timer
0:10
A
inwendige prikkers
B
uitwendige prikkels
C
zowel inwendig als uitwendige prikkels
Slide 2 - Quiz
Tijdens het observeren probeer je een verklaring te bedenken voor het gedrag dat je waarneemt
timer
0:10
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quiz
Geef de juiste volgorde
timer
0:20
A
Prikkel-zintuig-hersenen-reactie
B
Gedrag-hersenen-prikkel
C
Prikkel- zintuig- reactie-hersenen
D
Zintuig-reactie-prikkel
Slide 4 - Quiz
Een serie gedragselementen die altijd in dezelfde volgorde voorkomen noemen we ritueel gedrag
timer
0:10
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Wat is de juiste definitie van gedrag?
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
14
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Als de moeder van een pasgeboren baby haar vinger in de hand van de baby legt grijpt de baby deze vinger vast. Waardoor wort dit gedrag grotendeels bepaald? Door erfelijke factoren of door leerprocessen?
A erfelijke factoren B leerprocessen Quizvraag Wat is gedrag?
timer
0:10
A
Alles wat een mens of dier doet
B
lopen, iets pakken, lachen
C
spieren die werken
D
planten die water opnemen
Slide 6 - Quiz
Spreeuwenjongen die pas uit het ei gekomen zijn, hebben hun ogen nog dicht. Wanneer een ouder op het nest landt, sperren ze onmiddellijk hun bek open.
Wat is de uitwendige prikkel voor dit gedrag van de spreeuwenjongen?
timer
0:30
A
honger
B
het bewegen van het nest
C
het ruiken van de worm
D
het zien van de ouder
Slide 7 - Quiz
Om gedrag uit te voeren heeft een dier prikkels nodig. Dit kunnen inwendige prikkels zijn of uitwendige. Wat is een INWENDIGE prikkel?
timer
0:10
A
Nest maken voor jongen op komst
B
Een muis ziet een kat
Slide 8 - Quiz
Wat is de definitie van gedrag?
timer
0:15
A
De prikkels die een dier krijgt om iets te doen
B
Het dier laat zich door mensen verzorgen
C
Alle waarneembare activiteiten van een dier
Slide 9 - Quiz
Wat weet je van een ethogram?
Wat is ...............waar?
NIET
A
Je schrijft op wat een dier doet
B
Een gedragshandeling wordt omschrijven
C
Je schrijft bijv. op dat een hond agressief is
D
Het is een lijst met beschrijvingen van gedrag
Slide 10 - Quiz
Geluiden, geuren en kleuren kunnen prikkels zijn die bij dieren leiden tot bepaald gedrag.
Welke van deze prikkels kunnen een rol spelen bij het voortplantingsgedrag van dieren?
A
geluiden en geuren
B
geluiden en kleuren
C
geuren en kleuren
D
alledrie
Slide 11 - Quiz
Maxime en Zolikha kiezen één bepaalde chinchilla uit en noteren vijf minuten lang, elke vijf seconden, welk gedrag dit dier vertoont. Hun resultaten staan in tabel 2.
Hoe wordt tabel 2 genoemd?
A
ethogram
B
practicum
C
protocol
Slide 12 - Quiz
Gedrag
BS3: Aangeboren of aangeleerd?
blz. 153 wb
Blz. 128 tb
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Gedrag kan
1. zijn aangeleerd 2. worden bepaald door erfelijke factoren
A
1 . Waar
2. Niet waar
B
1 . Niet waar
2. Waar
C
Beide niet waar
D
Beide waar
Slide 17 - Quiz
Welk gedrag van de mens is aangeboren?
A
Mensen durven niet naakt over straat te lopen, ook al is het heel erg warm.
B
Een baby huilt, want hij heeft een vieze luier.
C
Een meisje huilt, omdat ze niet met de jongens mee mag voetballen
D
Een jongen krijgt tranen in zijn ogen als hij hoort dat hij een onvoldoende heeft.
Slide 18 - Quiz
Als de moeder van een pasgeboren baby haar vinger in de hand van de baby legt grijpt de baby deze vinger vast. Waardoor wort dit gedrag grotendeels bepaald? Door erfelijke factoren of door leerprocessen?