3 overtuigen en beschouwen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Vandaag 

De vraag 10 vorige keer bespreken en makkelijker oefenen

Hoofdstuk 3 uitleggen 

Begin van huiswerk maken bij hst 3

Op tafel: laptop, 

Leerdoelen

• Zelf een korte, gegeven tekst herschrijven naar een tekst waarvan het doel alleen informeren is
• Je leert wat overtuigende en beschouwende teksten zijn en welke doelen een schrijver hiermee heeft. 

Check of je het doel hebt bereikt met de vragen op blz. 17

De auteur van een informerende tekst is

1. neutraal
2. vooringenomen (heeft al een mening)
3. overtuigend
4. objectief

Informerende teksten 

Objectief

Neutraal 

Lezer leert of neemt kennis van informatie

Maak van deze zinnen één zin, die informerend is: 'die debiele voetbalhooligans hebben er weer een pleuriszooi van gemaakt.'

Aan de slag

Uitleg theorie

Maak opdracht: 1, 3, 4, 

Lees de tekst op blz. 16

Maak opdracht 6, 7 

Oefen de woorden met drillster

Tekstdoel?
Het uur U. Waarom we nu moeten ingrijpen om het milieu te redden.

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
Lekker laten uitslapen! Hoe nieuwe inzichten het puberbrein de lesroosters zouden moeten beïnvloeden.

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
Huiswerk maken: overschat of broodnodig?

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
Huiswerk maken: overschat of broodnodig?

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
Leraar: een beroep met vele gezichten.

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
Daarom duurzaam

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Tekstdoel?
IJsberenalarm! De zin en onzin van klimaatverandering.

1. beschouwend
2. informerend
3. activerend
4. overtuigend

Standpunt versus argument 

De schrijver vindt of ik vind.. = standpunt

want = argument 

Je hebt griep. Je kunt maar beter in bed blijven vandaag.

1. Je hebt griep is een mening
2. Je hebt griep is het argument
3. Je kunt maar beter in bed blijven vandaag is een standpunt
4. Je kunt maar beter in bed blijven vandaag is een argument

Ik zit vaak uren te lezen in de bibliotheek. Het is een fijne plek om te zijn.

1. 'Het is t/m zijn' is standpunt
2. 'Het is t/m zijn' is het argument
3. 'Ik t/m bibliotheek' is een standpunt
4. 'Ik t/m bibliotheek' is een argument

Noteer mening en argument.
Wonen in een boerengat lijkt mij saai. Je hebt er vast geen internet.

Noteer mening (standpunt) en argument.
Eet minder vlees! Dan doe je tenminste écht iets voor het milieu.

Match

Ga zitten

Lekker lezen

Geen oortjes, geen telefoon of laptop, alleen je boek om te lezen op tafel

Vandaag 

Lezen

Huiswerk

Introductie  hst 4 

Numo of huiswerk maken

Alleen boek => 

En schrift op tafel 

Huiswerk was:

Maak vraag 4 van hoofdstuk 3 

Neem je Kern-boek én leesboek "Match" mee

Vergeet niet dat je deze week 45 minuten gewerkt moet hebben in Numo en dat ik dat vanmiddag check.

Numo ging nog niet bij iedereen even goed

Let op: dit is ook belangrijk om over te gaan

EN staat dus op je rapport (Ned_Digi) 

Vraag 4

Kern hoofdstuk 3 

Hst 4 

Ik ga naar andere lessonup

Introductie  hst 4 

Lezen jullie vast blz. 18