Mill en de sjoemelsigaret

Mill en de sjoemelsigaret
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FilosofieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Mill en de sjoemelsigaret

Slide 1 - Diapositive

Spoorboekje
- Mill en de sjoemelsigaret
- Waarom Mill vindt dat je ouders je verplicht naar school moeten sturen

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
51.De kandidaten kunnen met een voorbeeld het onderscheid tussen positieve en negatieve vrijheid van Isaiah Berlin uitleggen en beoordelen. Ze kunnen met dit onderscheid de kritiek van klassiek liberalen op de sociaal-liberale visie op de verzorgingsstaat uitleggen.

52.De kandidaten kunnen de twee vooronderstellingen van het klassiek liberale mensbeeld, dat mensen zelf het beste weten wat ze willen en dat ze op basis hiervan handelen, uitleggen en bekritiseren.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

1. Moet de overheid deze sjoemelsigaretten dan verbieden volgens Mill? (Zie bijv. 154-155) Leg je antwoord uit aan de hand van het begrippen autonomie, positieve en negatieve vrijheid en paternalisme.
2. Geef ook twee veronderstellingen in het mensbeeld van het klassiek liberalisme en leg die aan de hand van de casus uit.

Slide 5 - Question ouverte

Mill en de sjoemelsigaret
Autonomie volgens Mill = negatieve vrijheid.
- Negatieve vrijheid = niet gehinderd worden door iets of iemand
- Positieve vrijheid = zelf kunnen bepalen wie je zou willen zijn

Paternalisme = de overheid weet beter dan jij wat goed voor je is.
Twee vooronderstellingen bij het mensbeeld:
1. Dat mensen zelf het beste weten wat ze willen en wat hun voorkeuren zijn
2. Dat als je weet wat je wil, dat je dan ook op basis van die redenen kunt handelen als de overheid je vrijlaat.


Slide 6 - Diapositive

Leerdoel
58.De kandidaten kunnen de argumentatie van Mill weergeven dat ouders moeten worden gestraft door de overheid wanneer zij hun kinderen het recht op scholing ontzeggen. Daarbij kunnen zij uitleggen hoe dit kan samengaan met de liberale. opvatting van Mill over de verhouding tussen individu en overheid

Slide 7 - Diapositive

Stel nu dat je ouders op basis van dezelfde argumentatie zeggen: wij zijn autonoom en wij bepalen dat onze zoon/dochter niet naar school hoeft, maar moet gaan werken om geld te verdienen. Moet de overheid dit toestaan volgens Mill? Waarom wel of waarom niet? (Zie pag. 161-162)

Slide 8 - Question ouverte

Waarom je ouders je naar school moeten sturen van Mill
- Hoe kan de plicht van de ouders om hun kinderen naar school te laten gaan samengaan met de opvatting van de klassiek liberalen op de verhouding tussen individu en de staat?

- De staat moet de vrijheid van de persoon waarborgen en mag niet in deze vrijheid ingrijpen. Met als grens de vrijheid van anderen (nachtwakersstaat)

-Mensbeeld: mensen kunnen zelf kiezen wat het beste voor hen is

-Klassiek liberalen: dit mensbeeld is van toepassing op volwassenen zonder een verstandelijke handicap

-Iemand moet dus voor de kinderen kiezen, meestal de ouders. Maar als zij dat slecht doen, dan moet de overheid ingrijpen.

Slide 9 - Diapositive

Volgende lees
Leerdoel 51, 52 en 58 in je powerpoint
Lezen: 5.3 (leerdoelen 53, 54 en 55)

Slide 10 - Diapositive