HV1_Werkwoordspelling hfdst. 4

Log in met je iPad!
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Log in met je iPad!

Slide 1 - Diapositive


1. Herhalingsvragen

2. Verder met cursus 7, paragraaf 10:
Voltooide en onvoltooide deelwoorden

3. Zelfstandig werken

4. Lesdoelen checken
In deze les gaan we:

Slide 2 - Diapositive

De lesdoelen
  • Je weet het verschil tussen voltooide en onvoltooide deelwoorden;
  • Je kunt voltooide en onvoltooide deelwoorden spellen.

Slide 3 - Diapositive

Welk werkwoord is een sterk werkwoord?
A
Slapen
B
Krijgen
C
Werken
D
Lachen

Slide 4 - Quiz

Welk werkwoord is een zwak werkwoord?
A
Gaan
B
Drinken
C
Horen
D
Zien

Slide 5 - Quiz

Hoe weet je of je in de verleden tijd een -d of -t schrijft?

Slide 6 - Question ouverte

Werkwoordspelling Cursus  7
Nieuw Nederlands - §10
Voltooide en onvoltooide deelwoorden

Slide 7 - Diapositive

Voltooid / onvoltooid deelwoord
Julia heeft gekampeerd.
Hij reist zeilend de wereld over.
Hij is naar Frankrijk gevlogen.
Vrolijk lachend fietste mijn oma naar huis.


Slide 8 - Diapositive

Voltooid deelwoord
Julia heeft gekampeerd
stam = kampe(e)r
r = niet in het sexy fokschaap
verleden en voltooide tijd = d
gekampeerd 
De handeling is klaar, Julia is nu niet meer op de camping

Slide 9 - Diapositive

Onvoltooid deelwoord
Hij reist zeilend de wereld over.
infinitief (hele werkwoord) + d
hele ww = zeilen
+ d = zeilend
De handeling is nog niet klaar, hij is nog aan het zeilen.

Slide 10 - Diapositive

Voltooid en onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord > de handeling is klaar

Onvoltooid deelwoord > De handeling is nog niet klaar

Slide 11 - Diapositive

Voltooid en onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord > de handeling is klaar
  Ik was gisteren uren verdwaald.
    Zij hadden hun huiswerk al gemaakt.
Onvoltooid deelwoord > De handeling is nog niet klaar
Lachend liepen de meisjes door de school.

Slide 12 - Diapositive

Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt vaak op …


A
-d
B
-en
C
-t

Slide 13 - Quiz

Mieke had haar beste vriendin een ijsje […] (beloven).

A
belooft
B
beloofd
C
beloven
D
beloofde

Slide 14 - Quiz

Vorige week vrijdag heeft de gymleraar ons weer eens […] (matsen).
A
gematst
B
gematsd
C
gematsen
D
gematsde

Slide 15 - Quiz

De aardappelen worden na het avondeten […] (rooien).
A
gerooit
B
gerooide
C
gerooidt
D
gerooid

Slide 16 - Quiz

De leerlingen liepen al […] (praten) het klaslokaal in (onvoltooid deelwoord).
A
pratent
B
praten
C
gepraat
D
pratend

Slide 17 - Quiz

[…] (Peinzen) keek de vrouw uit over de oceaan (onvoltooid deelwoord).
A
Peinzend
B
Gepeinsd
C
Peinzende
D
Peinzent

Slide 18 - Quiz

Onze lerares Frans gaat […] (zingen) door het leven (onvoltooid deelwoord).
A
gezongen
B
zingent
C
zingend
D
zongen

Slide 19 - Quiz

Gelukkig wordt Nederland bestuurd door eerlijke politici.
bestuurd =
A
pvtt (persoonsvorm tegenwoordige tijd)
B
vd (voltooid deelwoord)
C
pvvt (persoonsvorm verleden tijd)
D
od (onvoltooid deelwoord)

Slide 20 - Quiz

Elke eerste vrijdag van de maand vertelt de docent Nederlands een spannend verhaal.
vertelt =
A
pvtt (persoonsvorm tegenwoordige tijd)
B
vd (voltooid deelwoord)
C
pvvt (persoonsvorm verleden tijd)
D
od (onvoltooid deelwoord)

Slide 21 - Quiz

Door de hevige sneeuwval was het verkeer in het hele land danig ontregeld.
ontregeld =
A
pvtt (persoonsvorm tegenwoordige tijd)
B
vd (voltooid deelwoord)
C
pvvt (persoonsvorm verleden tijd)
D
od (onvoltooid deelwoord)

Slide 22 - Quiz

Het is maar goed dat zoiets verschrikkelijks niet dagelijks gebeurt.
gebeurt =
A
pvtt (persoonsvorm tegenwoordige tijd)
B
vd (voltooid deelwoord)
C
pvvt (persoonsvorm verleden tijd)
D
od (onvoltooid deelwoord)

Slide 23 - Quiz

Gemeenste Westervoort heeft oordopjes aan alle jongeren, die hun zestiende verjaardag vieren, verstrekt. Eerder werden in Groenlo en Lichtenvoorde tijdens de kermissen oordopjes voor 4,50 euro aangebode. Maar ze werden amper verkocht.
Welk werkwoord is fout gespeld?

Slide 24 - Question ouverte

‘We hebben twee jaar achter elkaar aandacht besteedt aan gehoorschadepreventie, maar de effecten op bewustwording bij zowel jongeren als ouderen was beperkt’, constateerde de wethouder. Maar daar begint het wel bij, bij die bewustwording.
Welk werkwoord is fout gespeld?

Slide 25 - Question ouverte

Voor een evenement als de Zwarte Cross zijn er afspraken in een overeenkomst vastgelegt met betrekking tot geluidslimieten, geluidsmeting en gehoorbescherming. Maar die overeenkomst geldt niet voor kleinere evenementen of het bezoeken van een disco.
Welk werkwoord is fout gespeld?

Slide 26 - Question ouverte

Wat
Cursus 7, paragraaf 9 en 10
Havo: 
§9 = opdracht 1 en 3
§10 = opdracht 1 tot en met 4
Vwo: 
§9 = opdracht 1, 2 en 4
§10 = opdracht 1 en 2
Hoe
Zelfstandig of in tweetallen.
Hulp
Ik loop een rondje om vragen te beantwoorden.
Tijd
Tot de laatste 5 minuten van deze les.
Klaar
Leren in de online methode (trainer)
Aan de slag

Slide 27 - Diapositive

Leg in eigen woorden uit wat het verschil is tussen een onvoltooid en voltooid deelwoord is.

Slide 28 - Question ouverte

Einde van deze les!
Als het goed is weet je nu: 
  • Wat het verschil is tussen een voltooid deelwoord en een onvoltooid deelwoord.

Slide 29 - Diapositive