PH1 Ontwikkelingspsychologie Bekende Ontwikkelingspsychologen

• Pedagogiek
• HBO
• Studiejaar 1

PF1PEH Pedagogisch Handelen 1

Onderdeel: Ontwikkelingspsychologie deel 2: 

Bekende ontwikkelingspsychologen

Docent: Eefje van den Steenhoven

Vandaag

Voorbereiding: inlezen grote namen op leerpad

Aan het einde van de bijeenkomst: 

• kun je de theorieën van de belangrijkste ontwikkelingspsychologen onderscheiden 
• ben je actief aan de slag gegaan met (een deel van) de leerstof voor de toets

Terugblik naar bijeenkomst Ontwikkelingspsychologie deel 1

Constructivisme

Behaviorisme

Psychologie versus pedagogiek

Veilige hechting

Sensitieve responsiviteit

Ontwikkeling

Ontwikkelingspsychologie

Ontwikkelingstheorieën

Nature versus nurture

Cognitivisme

Waarop ligt de focus bij het Constructivisme?

1. Op mentale processen
2. Op invloed van de omgeving
3. Op mentale processen en op invloed van de omgeving

Welke psychologen sluiten aan bij het interactionisme? (Nature én nurture)

1. Pavlov en Skinner
2. Bronfenbrenner en Vygotsky
3. Rousseau en Piaget

Sensitieve responsiviteit zegt iets over...

1. De mate van signalen opvangen en juist interpreteren
2. Hoe een kind gehecht is aan de ouders
3. In hoeverre een kind zich aanpast aan de omgeving

Verschillende manieren van kijken

Evolutionair	Psycho-dynamisch	Behavioristisch	Cognitief	Systematisch	Humanistisch
Darwin Lorentz Bowlby	Freud Erikson	Watson Pavlov Skinner	Piaget Informatie-verwerkings-theorie Kohlberg Gardner Crone	Bronfenbrenner Vygotsky Gal'Perin Van Parreren	Maslow

De Russische leerpsychologen en 

Van Parreren behoren tot het Sociaal Constructivisme

Langeveld: pedagoog, geen ontwikkelingspsycholoog

Piagetpuzzel

1. Leg de fasen op de juiste volgorde

2. Leg de uitspraken onder de juiste fase (6 per fase)

3. Maak een foto: handig voor bij het studeren

Op eigen niveau: raadpleeg de bronnen die jij nodig hebt!

Sensomotorische periode

• 0 – 2 jaar
  
• ‘Ik kan de bal zien, dus de bal bestaat’
  
• Het kind leert onderscheid te maken tussen zichzelf en de omgeving
  
• Een emmertje zand keer op keer vullen en weer leeggooien
  
• Interactie met omgeving zorgt voor aanpassing vroegere schema’s
  
• Herhalen interessante effecten in de omgeving

Pre-operationele periode

• 2 – 7 jaar
  
• Op een speelgoedstrijkplank poppenkleertjes strijken
  
• Tegen een stoel aanlopen en dan zeggen: ‘je doet me pijn!’
  
• Egocentrisme: het denken van het kind centreert zich rond eigen persoon
  
• Nog geen begrip hebben van volume en gewicht
  
• Artificialisme: ‘papa heeft de wolken gemaakt!’
  

Concreet-operationele periode

7 – 11 jaar

• Spel volgens regels, omgaan met winnen en verliezen
  
• Kind kan een situatie van verschillende kanten bekijken
  
• De relatie begrijpen tussen tijd, afstand en snelheid
  
• Reversibiliteit: in gedachten een handeling kunnen uitvoeren en weer terugdraaien
  
• Kennis verkrijgen in de klas: moet gericht zijn op het hier en het nu
  

Formeel-operationele periode

• 11 jaar en ouder
  
• Abstracte problemen oplossen zonder concreet materiaal
  
• Na kunnen denken over ‘stel je voor dat…’
  
• Zelf een onderzoeksvraag kunnen bedenken
  
• Nieuwsgierig zijn naar verschillende oplossingen voor een bepaald probleem
  
• Het kind wordt op cognitief niveau een volwassene
  

Aan de slag met bekende ontwikkelingspsychologen

1. Maak duo / trio / ...

2. Verdeel de bekende ontwikkelingspsychologen

3. Raadpleeg bronnen, pluis uit

4. Maak 1 sheet over gekozen ontwikkelingspsycholoog:

- Theorieën 

- Belangrijke begrippen (korte uitleg)

5. Mail sheet: [e-mail]

6. Presenteer in 1-2 minuten!

Freud

Erikson

Langeveld

(= pedagoog)

Maslow

Russische leerpsychologen (Vygotsky, Gal'Perin)

Van Parreren

Bronfenbrenner

(Piaget)

Wat vond je van deze bijeenkomst?
(Inhoud en vorm)