3.5: bacteriën

Ordening
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Ordening

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doen we vandaag?

-Herhaling
-Uitleg basisstof 3.5
-Aan het werk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke 4 rijken verdelen we organismen?

Slide 3 - Question ouverte

Bespreken:
Hoe ga je de 4 rijken leren? 
Hoe ga je de celkenmerken leren?
Noem de 3 kenmerken om de vier rijken te ordenen?
A
Bladgroenkorrels, celkern en cytoplasma
B
Bladgroenkorrels, celkern en celwand
C
Blad, stengel en wortel
D
Celkern, celwand en slijmvliescellen

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bacteriën
schimmels
dieren
planten
geen celwand
bladgroen korrels
geen celkern
wel celwand, 
celkern, geen bladgroenkorrels

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe planten schimmels zich voort?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Een zaadplant heeft een kenmerk dat sporenplanten niet hebben:
A
wortels
B
stengels
C
bladeren
D
bloemen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Ridderspoor is een
A
zaadplant
B
sporenplant

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Gerst is een
A
zaadplant
B
sporenplant

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke plant bevinden de sporen
zich in een sporendoosje?
A
Varen
B
Mos

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


In de afbeelding
zie je
A
sporendoosjes
B
sporenhoopjes
C
voortplantingscellen van een mos
D
zaden van een zaadplant

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen

-Je kunt de bouw en voortplanting van bacteriën beschrijven
-Je kunt gevaren en gebruik van bacteriën noemen



Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Bacteriën
- Eéncellig: ze bestaan uit 1 cel. 
- Met een gewone microscoop alleen als kleine puntjes of streepjes ziet. 
-Planten zich voort door deling
                                         
Alleen als je ze honderdduizenden keren vergroot, kun je zien hoe ze er in werkelijkheid uitzien.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken werkboek blz. 161, opdracht 4

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkboek blz. 161, opdracht 4

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De meeste bacteriën voeden zich met resten van dode organismen. Zo ruimen bacteriën andere organismen op. 
Het menselijk lichaam telt 10x meer bacterien dan cellen
In de darmen zitten ontzettend veel bacteriën. De meeste zijn nuttig. 
Ze helpen bij het verteren van voedsel.
Nuttige bacteriën

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedsel maken

Bacteriën kunnen een rol hebben bij het maken van voedsel.

Die speciale bacteriën worden gebruikt bij het maken van voedingsmiddelen.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schadelijke bacteriën
-Ze kunnen ons eten bederven



-Ze kunnen ons besmetten / ziek maken (longontsteking, keelontsteking, oorontsteking)
Antibiotica =

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het (huis) werk

Lees blz. 159 t/m 166
Maak basisstof 3.5 opdracht 1, 2, 3, 4 (wb), 6, 7, 8, 9, 10
Leer de begrippen



Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions