7.6

7.6: Veilig eten
Hoe kan je ziek worden van eten?
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

7.6: Veilig eten
Hoe kan je ziek worden van eten?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Hoe kun je ziek worden van eten?
Schadelijke stoffen en/of ziekteverwekkers in eten kunnen je ziek maken
Dit is te verdelen in 3 categorieën: 
- Bacteriën, schimmels en parasieten
- Schadelijke stoffen in het milieu
- Resten van bestrijdingsmiddelen en medicijnen

Slide 3 - Diapositive

Bacteriën, schimmels en parasieten
- Voedselinfectie: ontstaat na het eten van ziekmakende bacteriën 
- Voedselvergiftiging: sommige bacteriën produceren toxinen, die maken je vervolgens ziek

Slide 4 - Diapositive

De EHEC-bacterie kan een voedselinfectie veroorzaken. Zoek online op welk voedingsmiddel deze bacterie kan bevatten en wat de ziekteverschijnselen zijn.

Slide 5 - Question ouverte

Schadelijke stoffen in de natuur
Boeren hebben verschillende strategieën om zo snel mogelijk, zo veel mogelijk voedsel te kunnen produceren. Hierbij worden verschillende bestrijdingsmiddelen gebruikt om gewassen veilig te houden.

Slide 6 - Diapositive

Wat komt er in je op bij het woord 'bestrijdingsmiddelen'?

Slide 7 - Carte mentale

Schadelijke stoffen in de natuur
'Pesticiden' is een verzamelnaam voor bestrijdingsmiddelen die gemaakt zijn van chemische stoffen

Slide 8 - Diapositive

Het effect van pesticiden op de natuur
Bestrijdingsmiddelen die worden ingezet door boeren komen in de grond terecht, de concentratie hoopt op. Hierdoor kunnen toxische stoffen in de voedselkringloop terecht komen

Slide 9 - Diapositive

Giftige stoffen in de natuur
Om te bepalen hoeveel van een stof aanwezig kan zijn voordat het schadelijk is wordt er onderzoek gedaan met proefdieren

LD50 is 'letale dosis 50', de dosis waarbij 50% van de organismen sterft

Slide 10 - Diapositive

Stof A heeft een LD50 van 10, stof B heeft een LD50 van 20. Welke stof is dodelijker?
A
10
B
20

Slide 11 - Quiz

2

Slide 12 - Vidéo

01:29
Deze proefdieren leven in een ideale omgeving en worden daar ook getest. Waarom is het beter als deze dieren niet in hun ideale leefomgeving, maar in het wild worden getest?

Slide 13 - Question ouverte

04:51
Het blijkt dus dat het middel veel giftiger is dan in eerste instantie is gedacht. Is het goed om dit te blijven gebruiken? Het zorgt er immers wel voor dat de gewassen gezond blijven en de boer een betere opbrengst heeft.

Slide 14 - Question ouverte