1.5 Rekenen met exponenten

1.5 Rekenen met exponenten
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1.5 Rekenen met exponenten

Slide 1 - Diapositive

Machten vermeningvuldigen
Je kunt machten met hetzelfde grondtal vermenigvuldigen door de exponenten bij elkaar op te tellen

Slide 2 - Diapositive

Bereken 
g3=ggg
g3g4
g4=gggg
g3g4=(ggg)(gggg)=g7

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Machten delen
Je kunt machten met hetzelfde grondtal delen door de exponenten van elkaar af te halen

Slide 5 - Diapositive

Bereken 
g5=ggggg
g2g5
g2=gg
g2g5=(gg)(ggggg)=ggg=g3

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Macht van een macht
Als je machten tot de macht verheft moet je de exponenten met elkaar vermenigvuldigen

Slide 8 - Diapositive

Bereken 
(p2)3
(p2)3=p2p2p2=p(23=)6

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Wat is het verschil?
                  of             
Als de exponent buiten de haakjes staat dan moet je alles wat tussen de haakjes staat tot de macht verheffen 
Dus                                                              dat is iets anders dan 
(2x)2
2x2
(2x)2=2x22x2=4x2
2x2

Slide 11 - Diapositive

Opdracht
Maak opgave 33 en 34

Slide 12 - Diapositive

Alle rekenregels met machten nog even op een rij...

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

even oefenen...
pak pen en papier om het uit te rekenen...

Slide 15 - Diapositive

Schrijf de volgende opgave zonder haakjes.
(2p3q4)5
A
25p8q9
B
25p15q20
C
32p15q20
D
(2)5p15q20

Slide 16 - Quiz

Kies het juiste antwoord
a2a3a=
A
2a6
B
a7
C
3a5
D
a6

Slide 17 - Quiz

Kies het juiste antwoord
(3a)3=
A
3a3
B
9a3
C
27a3
D
27a

Slide 18 - Quiz

Kies het juiste antwoord
(2a)2a3=
A
4a5
B
2a5
C
3a6
D
2a6

Slide 19 - Quiz

Kies het juiste antwoord
a32a6=
A
2a3
B
2a4
C
a3
D
a4

Slide 20 - Quiz

Kies het juiste antwoord
a2a5a3=
A
3a6
B
2a6
C
3a5
D
a6

Slide 21 - Quiz

Kies het juiste antwoord
(a3)2a4=
A
2a10
B
a9
C
a10
D
2a9

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Opdracht
Maak opgave 35, 36 en 37

Slide 24 - Diapositive

Einde les

Slide 25 - Diapositive