Bij het meten van de pH kleurt het universele pH papier blauw. Welke pH heeft de stof ongeveer?
A
1
B
5
C
7
D
14
1 / 14
suivant
Slide 1: Quiz
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs.
Éléments de cette leçon
Bij het meten van de pH kleurt het universele pH papier blauw. Welke pH heeft de stof ongeveer?
A
1
B
5
C
7
D
14
Slide 1 - Quiz
Een oplossing met een pH van 5,4 wordt verdund. Hoe verandert de pH?
A
De pH blijft hetzelfde
B
De pH wordt kleiner
C
De pH wordt groter
Slide 2 - Quiz
Jody heeft een indicator gebruikt bij een stof met een pH van 2,5. De indicator kleurde geel.
Welke indicator heeft zij gebruikt?
A
Broomthymolblauw
B
Methylrood
C
Dimethylgeel
D
Rodekoolsap
Slide 3 - Quiz
Een oplossing heeft een pH van 8,1. Met welke twee indicatoren kan ik dit controleren?
A
Fenolrood en fenolftaleïen
B
Lakmoes en
kresolrood
C
Dimethylgeel en methylrood
D
Neutraalrood en fenolftaleïen
Slide 4 - Quiz
Hoe kan je met en lakmoes papiertje aantonen dat een oplossing basisch is?
Met en ...
A
blauw papiertje. Dat blijft dan blauw.
B
rood papiertje. Dat blijft dan rood.
C
blauw papiertje. Dat wordt dan rood.
D
rood papiertje. Dat wordt dan blauw.
Slide 5 - Quiz
Pim heeft de oplossing vijfmaal verdund, bijvoorbeeld door er 400 mL bij te doen, en er 500 mL van te maken. de pH is nu anders. Wat moet je eerst weten om uiteindelijk de pH te berekenen?
A
het nieuwe volume in mL
B
de nieuwe concentratie H+ in mol/L
C
zowel A als B is goed
Slide 6 - Quiz
Een oplossing met pH = 2,0 wordt 10x verdund. Wat wordt de nieuwe pH?
A
pH = 0,20
B
pH = 1,0
C
pH = 3,0
Slide 7 - Quiz
Maagsap heeft een pH van 2. Hoeveel x kleiner is de concentratie H+ ionen in tomatensap (pH5)
A
3 x
B
10x
C
30 x
D
1000x
Slide 8 - Quiz
Wat voor een type zuur is Azijnzuur (CH3COOH)
A
Organisch Zuur
B
Anorganisch zuur
C
Ionen als zuur
D
Zure oplossing
Slide 9 - Quiz
Is Azijnzuur (CH3COOH) een enkelvoudig of meerwaardig zuur?
A
enkelvoudig
B
meerwaardig
Slide 10 - Quiz
Welk type zuur is waterstoffluoride?
A
Organisch zuur
B
Anorganisch zuur
C
Ionen als zuur
D
Zure oplossing
Slide 11 - Quiz
Is waterstoffluoride een sterk of zwak zuur?
A
Sterk zuur
B
Zwak zuur
Slide 12 - Quiz
De pH van een oplossing is 10,0. deze oplossing wordt tienmaal verdund. Elisa gaat de pH van de verdunde oplossing berekenen.
Hieronder staat haar berekening. In welke stap zit een denkfout? (Lees in de volgorde A-B-C-D)
A
[H+]=10−10,0=1,0⋅10−10
B
Als de oplossing tienmaal wordt verdund, wordt de [H+] tienmaal zo klein.
C
Nieuwe[H+]=1,0⋅10−11
D
De nieuwe pH is 11,0.
Slide 13 - Quiz
In een oplossing van methaanzuur stelt het volgende evenwicht zich in.
Waar ligt het evenwicht? Zoek uit met behulp van de Kz