Zinnen ontleed je altijd in een bepaalde volgorde.
Zo'n volgorde noemen we ook wel een "stappenplan".
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Stappenplan zinsontleding
Zinnen ontleed je altijd in een bepaalde volgorde.
Zo'n volgorde noemen we ook wel een "stappenplan".
Slide 1 - Diapositive
Lesdoel
Aan het eind van deze oefening hebben we herhaald dat je met behulp van een stappenplan zinsdelen kan benoemen. Je weet in welke volgorde een zin ontleed moet worden en hoe de verschillende delen heten.
Slide 2 - Diapositive
Wat weet je nog?
Welke zinsdelen ken je nog? Hoe vind je die zinsdelen dan? Hoe verdeel je ook alweer een zin in zinsdelen?
Slide 3 - Diapositive
Persoonsvorm (PV)
De persoonsvorm is een werkwoord in de zin.
Je vindt de PV door de zin van tijdte veranderen; de werkwoorden / het werkwoord dat verandert is dan de PV!
Slide 4 - Diapositive
Werkwoordelijk Gezegde (WWG)
Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit ALLE werkwoorden in een zin. Dus OOK de persoonsvorm!
Slide 5 - Diapositive
Onderwerp (Ond)
Het onderwerp geeft aan wie of wat iets doet in de zin.
Ond=wie/wat + PV + overige werkwoorden ?
Slide 6 - Diapositive
Lijdend Voorwerp (LV)
LV=wie/wat + Ond + WWG ?
Een LV begint NOOIT met een voorzetsel.
Slide 7 - Diapositive
Meewerkend Voorwerp (MV)
MV= aan/voor wie + Ond + WWG + LV ?
Soms staat er geen aan/voor, dan moet je het zelf kunnen toevoegen.
Let op!: Als er geen LV in zin staat, dan is er ook geen MV
Slide 8 - Diapositive
Bijwoordelijke Bepaling (BwB)
Alles wat overblijft/niet benoemd is.
Geeft antwoord op vragen als waar? Waarheen? Waarover? Waarom? Waardoor? Wanneer?
Ook wel 'De prullenbak' van de zin' genoemd!
Slide 9 - Diapositive
Wat is nu dus het stappenplan om zinsdelen te benoemen?
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Aan het werk!
* 2 th: Maak de opgaven (1, 2, 6, 11, 12) uit het boek
* 2 hv: Maak de opgaven (1, 2, 4, 6: bij 6 alle zinsdelen benoemen, dus ook bwb)