4.3 Van Burgeroorlog tot Vijfjarenplannen

4.3 Van Burgeroorlog naar Vijfjarenplannen
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.3 Van Burgeroorlog naar Vijfjarenplannen

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel:
Je kunt uitleggen waarom Lenin de Nieuwe Economische Politiek invoerde. Je kunt in je uitleg het begrip oorlogscommunisme gebruiken.
4.3 Les 1

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

2a Op welke twee manieren kwam Trotski aan zijn soldaten?

Slide 4 - Question ouverte

2b Waarom zorgde de manier waarop Trotski aan zijn soldaten kwam voor voedseltekorten?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

3a. Wat gebeurt er op de foto? Leg dit uit.

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Welke twee redenen had Lenin om de Nieuwe Economische Politiek in te voeren?

Slide 11 - Question ouverte

Kies de juist volgorde
A
Lenin, Stalin, Nicolaas II
B
Nicolaas II, Lenin, Stalin
C
Stalin, Lenin, Nicolaas II
D
Nicolaas II, Stalin, Lenin

Slide 12 - Quiz

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 13 - Question ouverte

NEP werden ingevoerd vanwege:
A
Succes Oorlogscommunisme
B
Wegvallen Rusland WO-1
C
Onvrede bevolking
D
Economische achterstand Rusland

Slide 14 - Quiz

Lesdoel:
Je kunt uitleggen waarom Stalin eerst voor de Nieuwe Economische Politiek koos, maar later de collectivisatie doorvoerde.
4.3 Les 2

Slide 15 - Diapositive

Hoe heette de eerste leider van het communistische Rusland (ook wel de Sovjet Unie)?
A
Marx
B
Lenin
C
Stalin
D
Geen van de genoemde antwoorden.

Slide 16 - Quiz

In maart 1919 werd Stalin als één van de vijf leden van het bestuur van de Communistische Partij gekozen. In april 1922 werd hij secretaris-generaal van de partij.
Als secretaris-generaal had hij de bevoegdheid mensen binnen de Partij posities te geven of te ontnemen...

Slide 17 - Diapositive




  • Lenin sterft in 1924 zonder een duidelijke opvolger aan te kunnen stellen.

  • Het lichaam van Lenin is sindsdien opgebaard en te bekijken op het Rode Plein in Moskou

Slide 18 - Diapositive

Stalin had geen gelukkige jeugd: het gezin leefde in grote armoede. Hij ging naar school, maar werd uiteindelijk weggestuurd...
...omdat hij geen examen had afgelegd en hij de revolutionaire ideeën (van Marx) erg interessant vond. 

Slide 19 - Diapositive

Meningsverschillen
  • Trotski heel populair in het leger, Stalin populair binnen de partij
  • Trotski tegen de NEP, Stalin voor de NEP
  • Trotski voor een wereldrevolutie, Stalin tevreden met alleen SU

Slide 20 - Diapositive

Stalin wist dat Lenin de voorkeur gaf aan anderen om het land te leiden. 
Deze tegenstanders werden in een machtsstrijd, letterlijk, uit de weg geruimd.


Stalin zal het economisch achtergebleven land snel industrialiseren
en de Sovjet-Unie laten uitgroeien tot een wereldmacht.

Maar dit had een erg hoge prijs..
Het land werd een totalitaire staat met Stalin als dictator

Slide 21 - Diapositive

5a Over welke twee zaken verschilden Stalin en Trotski van mening?

Slide 22 - Question ouverte

5b Waardoor kon Stalin Trotski opzij zetten?

Slide 23 - Question ouverte


Planeconomie


  • Onder Stalin werd de Sovjet-Unie een planeconomie.
  • Dit betekende dat de staat besliste wat én hoe er moest worden geproduceerd.

  • Hiermee wilde Stalin laten zien dat de Sovjet-Unie een machtiger land was dan de kapitalistische landen met hun vrije markt-economie.

Slide 24 - Diapositive

Zo waren er vijfjarenplannen: hierin was vastgelegd wat er in de komende vijf jaar moest worden geproduceerd.
Dát het werd geproduceerd was meestal belangrijker dan hoe het was geproduceerd: de kwaliteit en de keuze was beperkt.

Slide 25 - Diapositive




  • Stalin zal het economisch achtergebleven land snel industrialiseren en de Sovjet-Unie laten uitgroeien tot een wereldmacht.

  • Maar dit had een erg hoge prijs..
  • Het land werd een totalitaire staat met Stalin als dictator

Slide 26 - Diapositive


Collectivisatie

  • Stalin veranderde van mening over de Nieuwe Economische Politiek: de landbouw moest veranderen om alle monden te voeden. 
  • Tientallen kleine zelfstandige boerderijen werden samengevoegd (collectivisatie) tot één groot boerenbedrijf, een kolchoz

  • De boerengezinnen werkten en woonden daar met elkaar. 
  • De grond, het vee, de gereedschappen, de oogst: alles was van iedereen. 


Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

6a Leg in je eigen woorden uit wat collectivisatie inhoudt

Slide 29 - Question ouverte

Waarom veranderde Stalin van mening over de collectivisatie?

Slide 30 - Question ouverte

Herhaling

Slide 31 - Diapositive

Wat is een oorzaak voor de Februarirevolutie?
A
De ongelijke/oneerlijke leefomstandigheden voor de 3e stand
B
De standenmaatschappij
C
Het leven in de steden
D
Het leven in de mir

Slide 32 - Quiz

Wat is een gevolg van de Februarirevolutie?
A
Er ontstond een economische crisis
B
De Bolsjewieken kregen alle macht in handen
C
De tsaar moest afstand doen van de troon
D
De Sovjet Unie werd een eenpartijstaat

Slide 33 - Quiz

Wie grepen de macht tijdens de Russische Revolutie?
A
De liberalen
B
De communisten
C
De sociaal-democraten
D
De nationalisten

Slide 34 - Quiz

Hoe werd communistisch Rusland genoemd?
A
Wit-Rusland
B
USSR
C
Sovjet-Unie
D
CCCP

Slide 35 - Quiz

Wie was in Rusland de leider van de communisten tijdens de Russische Revolutie?
A
Chroesjtsjov
B
Gorbatsjov
C
Lenin
D
Stalin

Slide 36 - Quiz

Toen Stalin in de Sovjet-Unie aan de macht kwam, wilde hij van zijn land een moderne industriële staat maken.
Welke maatregelen nam Stalin om van de Sovjet-Unie een moderne industriële staat te maken?
A
collectivisatie van de landbouw en invoering van een vijfjarenplan
B
invoering van een vijfjarenplan en opbouw van een verzorgingsstaat
C
opbouw van een verzorgingsstaat en werkverschaffingsprojecten
D
werkverschaffingsprojecten en collectivisatie van de landbouw

Slide 37 - Quiz