Argumenteren vervolg

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

'Mijn conclusie is dat ....'
geeft een

1. mening aan
2. argument aan

'Het is prima dat de ArenA in Amsterdam-Zuidoost nu de Johan Cruijff ArenA gaat heten, maar het Stadionplein moet het Stadionplein blijven, al is het maar omdat de Stadionkade en de Stadionweg erop uitkomen.'
Aan welk signaalwoord herken je het argument?

1. dat
2. maar
3. al
4. omdat

'omdat de Stadionkade en de Stadionweg erop uitkomen.'
is een

1. feitelijk argument
2. waarderend argument

‘Er komen nog vijf straten met andere namen op het Stadionplein uit.’
Dit is een

1. tegenargument
2. weerlegging

'Het is dan ook geen goed idee om dit door recente nieuwbouw al behoorlijk verkleinde plein naar slechts één sporter te vernoemen.'
Aan welk signaal herken je het standpunt?

'Paulien Cornelisse schrijft in NRC Handelsblad dat een spatie zetten voor een punt of een komma meer voorkomt bij mensen van boven de zeventig. Zo langzamerhand wordt het kennelijk normaal om ouderen ergens de schuld van te geven als er iets niet goed gaat: ouderen veroorzaken veel auto-ongelukken, ouderen trekken de pensioenpotten leeg en nu deugt, in de ogen van Paulien Cornelisse althans, hun taalgebruik ook al niet meer.'
Wat is het standpunt?

1. 'Paulien Cornelisse schrijft in NRC Handelsblad dat een spatie zetten voor een punt of een komma meer voorkomt bij mensen van boven de zeventig.
2. Zo langzamerhand wordt het kennelijk normaal om ouderen ergens de schuld van te geven als er iets niet goed gaat
3. ouderen veroorzaken veel auto-ongelukken, ouderen trekken de pensioenpotten leeg en nu deugt, in de ogen van Paulien Cornelisse althans, hun taalgebruik ook al niet meer.'

Zo langzamerhand wordt het kennelijk normaal om ouderen ergens de schuld van te geven als er iets niet goed gaat: ouderen veroorzaken veel auto-ongelukken, ouderen trekken de pensioenpotten leeg en nu deugt, in de ogen van Paulien Cornelisse althans, hun taalgebruik ook al niet meer.'

Door welk signaal weet je waar het argument begint?

1. Door het woordje 'zo'
2. door het woordje 'als'
3. door de 'dubbele punt'
4. door het woordje 'althans'

'Zelf ben ik inmiddels 83 jaar. Ik zou een verontschuldiging van Paulien Cornelisse voor alle mensen boven de zeventig zeer op prijs stellen, want het was een absoluut onnodige en onterechte aantijging in hun richting.'
Het standpunt is

1. Zelf ben ik inmiddels 83 jaar.
2. Ik zou een verontschuldiging van Paulien Cornelisse voor alle mensen boven de zeventig zeer op prijs stellen
3. het was een absoluut onnodige en onterechte aantijging in hun richting.

(Want) het was een absoluut onnodige en onterechte aantijging in hun richting.

Dit is een

1. feitelijk argument
2. waarderend argument

Aangezien het een oplossing voor het fileprobleem is, moet iedereen meer met de trein reizen.

'Met de trein ben je veel langer onderweg' is een

1. tegenargument
2. weerlegging

Het is een goede zaak dat er steeds meer politieke partijen bij zijn gekomen. Iedereen kan nu op een partij van zijn voorkeur stemmen.
'Hoe meer partijen er zijn, hoe moeilijk het wordt om een kabinet te vormen' is een

1. tegenargument
2. weerlegging

Een weerlegging reageert op een

1. standpunt
2. argument