Werkwoordspelling -d, -t of -dt.

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Het station van Dordrecht is onlangs flink verbouwd.

Slide 2 - Question ouverte

Dewi plaagt mij de hele tijd

Slide 3 - Question ouverte

Ik hoop snel een nieuwe jas te vinden.

Slide 4 - Question ouverte

Oom Wim voegt altijd melk toe aan zijn koffie.

Slide 5 - Question ouverte

Eerst heeft Noah een koekje gepakt.

Slide 6 - Question ouverte

De directeur is aan het telefoneren.

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

Bij jij, hij, zij, u en het schrijf je
A
de ik vorm
B
de ik vorm + t

Slide 9 - Quiz

Als jij achter de persoonsvorm staat schrijf je
A
de ik vorm
B
de ik vorm + t

Slide 10 - Quiz

_____________ jij morgen op de vragen?
A
antwoord
B
antwoordt

Slide 11 - Quiz

Het meisje ____________ het fotoboek resoluut dicht.
A
klapd
B
klapt

Slide 12 - Quiz

Tijdens het pannenkoeken bakken, __________ hij zijn hand.
A
verbrand
B
verbrandt

Slide 13 - Quiz

Ik zou niet weten op welk paard hij __________.
A
wedt
B
wed

Slide 14 - Quiz

De vrachtwagen __________ al urenlang de snelweg.

A
versperdt
B
verspert

Slide 15 - Quiz

De docent _______ een fout in de toets.

A
maakt
B
maakd

Slide 16 - Quiz

De docent _______ een fout in de toets.
(maken)

Slide 17 - Question ouverte

Julia ______ heus niet de beslissing van de scheidsrechter. (beïnvloeden)

Slide 18 - Question ouverte

Mijn moeder _________ deze man als vrij rustig. (omschrijven)

Slide 19 - Question ouverte

De lamp _______ de hele nacht.
(branden)

Slide 20 - Question ouverte

Dat eigenwijze joch _______ toe te geven dat hij een foutje heeft gemaakt. (weigeren)

Slide 21 - Question ouverte

Rond de les af in Magister me!

Slide 22 - Diapositive