2.3 Celmembranen en transport deel 2

H2: Cel en leven
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H2: Cel en leven

Slide 1 - Diapositive

2.3 Celmembranen en transport
  • Je kunt verklaren wat er met een cel gebeurt wanneer de osmotische waarde van de omgeving verandert.

  • Je kunt de rol beschrijven van de receptoreiwitten in het celmembraan.

Slide 2 - Diapositive

2.3 Celmembranen en transport (deel 2)
Pak je schrift en beantwoord de volgende vragen:
1. Uit welke 3 hoofdbestandsdelen bestaat een celmembraan?
2. Op welke manier gaat zuurstof de cel in en koolfstofdioxide de cel uit?
3. Op welke twee manieren gaat water de cel in?
timer
3:00

Slide 3 - Diapositive

Diffusie
Het proces waarbij een stof zich verplaatst van een hoge concentratie naar een lage concentratie. 

Dit gaat automatisch doordat moleculen bewegen en willekeurig met elkaar botsen. 

Na enige tijd ontstaat altijd een homogeen mengsel, waarbij de moleculen evenredig zijn verdeeld over de ruimte

Slide 4 - Diapositive

Diffusie
Diffusie gaat automatisch
Het kost de cel geen energie
Diffusie is een voorbeeld van passief transport

Slide 5 - Diapositive

Diffusiesnelheid
Afhankelijk van:
  • Concentratieverschil (hoe groter, hoe sneller)
  • Temperatuur (Hoe warmer, hoe sneller)
  • Diffusie afstand (Hoe kleiner, hoe sneller)
  • Diffusiecoëfficient van de stof (Ligt aan molecuulgrootte)
  • Diffusieoppervlakte (Hoe groter, hoe sneller)

Slide 6 - Diapositive

Watertransport
  • Langzaam: water kan deels via diffusie door het celmembraan heen (hydrofobe binnenkant). 
  • Snel transport: via een waterkanaal (transporteiwitten).

Slide 7 - Diapositive

Watertransport
  • Osmose: het proces van watertransport over een semipermeabel (deels doorlaatbaar) membraan.
  • De osmotische waarde aan beide zijden van het membraan bepaalt hoe het water zich verplaatst.
  • Osmotische waarde: hoeveelheid opgeloste stoffen in het water.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Osmotische waarde

Slide 10 - Diapositive

Dierlijke cellen
Streven naar isotone omstandigheden.

Slide 11 - Diapositive

Plantencellen (celwand)

Slide 12 - Diapositive

Plantencellen
Streven naar hypertone celinhoud om druk op de celwand te houden (turgor):

Slide 13 - Diapositive

Plantencellen
Plasmolyse: celmembraan laat los van de celwand.
Grensplasmolyse: celmembraan laat nog net niet los. Turgor = nul

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Receptoreiwitten


Membraaneiwitten zonder transportfunctie
Moleculen buiten de cel binden aan het receptoreiwit
De 'boodschap' wordt doorgegeven binnen de cel
Cascade reactie = opeenvolging van reacties

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

2.3 Celmembranen en transport
  • Je kunt verklaren wat er met een dierlijke en plantaardige cel gebeurt wanneer de osmotische waarde van de omgeving verandert.

  • Je kunt beschrijven welke functie receptoreiwitten hebben in het celmembraan.

Slide 18 - Diapositive

Aan de slag

Slide 19 - Diapositive