7-1 H2A Kennismaking + herhaling naamwoordelijk gezegde

1. Maak een naambordje
2. Leg Nieuw Nederlands boek + schrift op tafel

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1. Maak een naambordje
2. Leg Nieuw Nederlands boek + schrift op tafel

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
  1. Introductie
  2. Afspraken
  3. Aan de slag!

Slide 2 - Diapositive

Mevrouw Koonings
Mevrouw Koonings

Slide 3 - Diapositive

Waarom is het vak Nederlands nuttig?

Slide 4 - Diapositive

Onder andere hierom dus....

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Afspraken tijdens de les
  1.  Leesboek, Nieuw Nederlands en schrift altijd meenemen.
  2. Telefoons in telefoontas, tenzij ik anders aangeef.
  3. Huiswerk niet gemaakt? Meld dat dan vooraf aan de les.                                                                  Laatste les van de week schriftencontrole.
  4. Vraag of opmerking? Steek je hand op.




Slide 8 - Diapositive

Aan de slag!
  1. Lesdoel
  2. 10 minuutjes lezen
  3. Herhalen: grammatica leerjaar 1
  4. Aan de slag!
  5. Huiswerk + taalvout

Slide 9 - Diapositive

Lesdoel:
  • Je kunt zinsdelen t/m de bijwoordelijke bepaling benoemen. 
(Herhaling leerjaar 1)

Slide 10 - Diapositive

Basisregels Lessonup
  1. Je gebruikt je eigen naam.
  2. Je geeft zonder te overleggen antwoord, tenzij overleggen is toegestaan.
  3. Bij klassikale uitleg luister je en lees je mee op het scherm.
  4. Je doet geen andere dingen op je telefoon! Toch wel? Telefoon inleveren en op het einde van de dag ophalen.

Slide 11 - Diapositive

Ga naar lessonup.app
Log in met klassencode: 

zjlvf

Slide 12 - Diapositive

timer
1:00
Wat weet je nog over
grammatica uit de
1e klas?

Slide 13 - Carte mentale

Slide 14 - Vidéo

Weet je nog?
Zinsdelen:
  • Stukjes van een zin, die bij elkaar horen.
  • Als je het streepje op de juiste plek zet, kun je met alle zinsdelen nieuwe zinnen maken.

Bv.
Pepijn gaat vanmiddag bij een vriendje spelen.
Pepijn / gaat / vanmiddag / bij een vriendje / spelen.

Slide 15 - Diapositive

Weet je nog?
Pepijn / gaat / vanmiddag / bij een vriendje / spelen.

Je kunt de volgende zinnen maken:

Gaat / Pepijn / vanmiddag / bij een vriendje / spelen?
Vanmiddag / gaat / Pepijn / bij een vriendje / spelen.
Bij een vriendje / gaat / Pepijn / vanmiddag / spelen.
Spelen / bij een vriendje / gaat / Pepijn / vanmiddag.

Slide 16 - Diapositive

Weet je nog?
Pepijn / gaat / vanmiddag / bij een vriendje / spelen.

Alles voor de persoonsvorm (het werkwoord dat van tijd kan veranderen) is één zinsdeel.


Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Zinsdelen benoemen
Nadat je de streepjes op de juiste plek hebt gezet kun je deze zinsdelen benoemen.

We kennen: de persoonsvorm (PV), het onderwerp (OW), het werkwoordelijk gezegde (WG), het naamwoordelijk gezegde (NG), het lijdend voorwerp (LV), het meewerkend voorwerp (MW) en de bijwoordelijke bepaling (BWB).

Slide 19 - Diapositive

Stappenplan
  • Zoek de PV. Zet de zin in een andere tijd. Het WW dat verandert is je PV.
  • Zet streep voor en achter de PV. Onderstreep de PV.
  • Verdeel de zin in zinsdeelstukken. Alles voor je PV is één zinsdeel.
  • Check of je het goed hebt gedaan door te kijken of je goede zinnen kunt maken met alle zinsdelen.
  • Zoek het OW: stel de vraag: Wie (of wat) + je PV? Antwoord is je OW.
  • Zoek het WG: alle WW in je zin + de PV, maar ook delen van scheidbare WW.

Slide 20 - Diapositive

Stappenplan
  • Zoek het LV: stel de vraag: Wie (of wat) + WG + OW? Antwoord is je LV.
  • Zoek het MW: stel de vraag:  Aan (of Voor) wie + WG + OW + LV. Antwoord is je MV.
  • Zoek de BWB'(en). Dit zijn meestal de zinsdelen die overblijven. Maar check dit door te vragen: Waar? Wanneer? Hoe? Waarom? Waardoor? Waarheen? Ook woorden als: niet, wel, zeker, absoluut, allicht, natuurlijk, misschien, zijn bijwoordelijke bepalingen (BWB)

Slide 21 - Diapositive

Ontleed-rijtje
Onder elke te ontleden zin schrijf je het volgende:
PV =
OW =
WG =
LV =
MW =
BWB =

Slide 22 - Diapositive

Samen maken opdr. 7 bl. 28

Slide 23 - Diapositive

Lesdoel:
  • Je kunt zinsdelen t/m de bijwoordelijke bepaling benoemen. 
(Herhaling leerjaar 1)

Slide 24 - Diapositive

Lesdoel behaald?
Ja/ nee/ gedeeltelijk, want......

Slide 25 - Question ouverte

Aan de slag!
Theorie: bestudeer blz. 26 & 27. 
Maken: opdrachten
Klaar?  Lezen in leesboek of extra oefenen grammatica.
Test jezelf blz. 46 || www.beterontleden.nl 



Eerste 10 minuten in stilte werken, daarna mag je op fluistertoon overleggen.
timer
10:00

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk & TaalVout

Bestudeer de theorie van blz. 26 & 27.
Maak opdracht 

Slide 27 - Diapositive