Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Thema 4 - les 16 - voegwoorden
Voegwoorden
Ik kan voegwoorden gebruiken om twee zinnen aan elkaar te maken.
Ik kan van twee zinnen één zin maken.
1 / 17
suivant
Slide 1:
Diapositive
Taal
Basisschool
Groep 5
Cette leçon contient
17 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Voegwoorden
Ik kan voegwoorden gebruiken om twee zinnen aan elkaar te maken.
Ik kan van twee zinnen één zin maken.
Slide 1 - Diapositive
Wat is een voegwoord?
Ik heb me verslapen.
Ik ben toch op tijd.
Ik heb me verslapen,
maar
ik ben toch op tijd.
Slide 2 - Diapositive
Wat is een voegwoord?
Hij eet het brood niet op.
Hij vindt kaas niet lekker.
Hij eet het brood niet op,
want
hij vindt kaas niet lekker.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Voegwoorden
en, maar, want, of, dus, omdat, dan, wanneer, terwijl, voordat, toen...
Slide 5 - Diapositive
Wat is geen voegwoord?
A
maar
B
dus
C
de
D
omdat
Slide 6 - Quiz
Wat is geen voegwoord?
A
terwijl
B
want
C
zodat
D
groene
Slide 7 - Quiz
Kies het goede voegwoord:
Ik drink geen water, ...... wel siroop.
A
en
B
maar
C
want
D
of
Slide 8 - Quiz
Kies het goede voegwoord:
Ik drink geen koffie ....... ook geen chocolademelk.
A
en
B
maar
C
want
D
of
Slide 9 - Quiz
Typ het goede voegwoord:
De school is dicht, ...... het is een vrije dag.
Slide 10 - Question ouverte
Typ het goede voegwoord:
Zullen we gaan zwemmen, ...... zullen we gaan voetballen?
Slide 11 - Question ouverte
Typ het goede voegwoord:
Het water is bevroren, ...... we kunnen gaan schaatsen.
Slide 12 - Question ouverte
Je weet nu dat voegwoorden van twee zinnen één zin maken.
Jan drinkt koffie.
Peter drinkt thee.
Jan drinkt koffie
en
Peter drinkt thee.
Slide 13 - Diapositive
Soms gebruik je een komma, maar niet altijd.
Ik ben niet verkouden. Ik ga zwemmen.
Ik ben niet verkouden,
dus
ik ga zwemmen.
Slide 14 - Diapositive
Maak van twee zinnen één zin. Gebruik 'want'.
Ik moet weg. Het is al laat.
Slide 15 - Question ouverte
Maak van twee zinnen één zin. Gebruik 'maar'.
Ik kom wel. Ik blijf kort.
Slide 16 - Question ouverte
taal
bok 4 - les 16
bladzijde 82
Maak alle opgaven
Klaar: taalblobs
Slide 17 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Voegwoorden
Juin 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 5
Groep 5-6 | taal | voegwoorden
Août 2024
- Leçon avec
47 diapositives
par
NTC DEF@ctO nl L.P
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 5,6
NTC DEF@ctO nl E.E
Groep 4 | taal | voegwoorden
Août 2024
- Leçon avec
24 diapositives
par
NTC DEF@ctO nl L.P
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 4
NTC DEF@ctO nl E.E
GR5 TH2-W4-L19
Octobre 2023
- Leçon avec
16 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 5
Voegwoorden groep 7
Avril 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 5
voegwoorden: en, maar, want, of
Janvier 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Thema 5: Voegwoorden
Décembre 2021
- Leçon avec
14 diapositives
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute VB
Leerroute 1
samengestelde zinnen
Janvier 2020
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1