Rekenen dinsdag 21 april

Nakijken
We beginnen met het nakijken van de les van gisteren. Pak redactiesommen bladzijde 1 er maar bij!

Elke vraag vul je in op een nieuwe pagina. Je vult alleen het getal in (dus geen tekst achter je antwoord)
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Nakijken
We beginnen met het nakijken van de les van gisteren. Pak redactiesommen bladzijde 1 er maar bij!

Elke vraag vul je in op een nieuwe pagina. Je vult alleen het getal in (dus geen tekst achter je antwoord)

Slide 1 - Diapositive

Redactiesommen som 1 (schrijf hier de letter op):

Slide 2 - Question ouverte

Redactiesommen som 2:

Slide 3 - Question ouverte

Redactiesommen som 3:

Slide 4 - Question ouverte

Redactiesommen som 4:

Slide 5 - Question ouverte

Redactiesommen som 5:

Slide 6 - Question ouverte

Redactiesommen som 6:

Slide 7 - Question ouverte

Rekenen dinsdag 21 april
Vandaag gaan we verder met cijferen. Alleen nu gaan we aftrekken. 

Slide 8 - Diapositive

Warming up:
Ga naar de volgende website, en oefen de minsommen. Haal zoveel mogelijk punten!

Slide 9 - Diapositive

Hoeveel punten heb je gehaald?

Slide 10 - Question ouverte

Lesdoel:
Ik kan cijferend aftrekken. 

Slide 11 - Diapositive

Concept:
Cijferen:
Onder elkaar uitrekenen.

Regels bij cijferend aftrekken:
- alle getallen moeten goed onder elkaar staan
- je start rechts
- Kan een som niet uitgerekend worden (4-7) dan moet je lenen bij de buren. 

Slide 12 - Diapositive

Vaardigheid:
  1. Schrijf de getallen goed onder elkaar, zodat de eenheden onder de eenheden staan, de tientallen onder de tientallen, enzovoort.
  2. Trek eerst de eenheden van elkaar af, kan dit niet, dan leen je een tiental. Dit betekent dat er 1 van de tientallen afgaat, en er 10 bij de eenheden bijkomen. Trek dan de tientallen van elkaar af. Kan dit niet, dan leen je bij de honderdtallen. Dit betekent dat er 1 honderdtal afgaat en er 10 tientallen bijkomen. Enzovoort. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Nu jij zelf!
Reken de volgende sommen cijferend uit en vul de antwoorden in. Gebruik hiervoor wel kladpapier!

Slide 15 - Diapositive

863 - 229 =

Slide 16 - Question ouverte

524 - 236 =

Slide 17 - Question ouverte

444 - 282 =

Slide 18 - Question ouverte

Heb je nog vragen? Mail het naar de leerkracht.

Kijk nu in het dagprogramma wat je moet gaan maken. 


Succes!

Slide 19 - Diapositive