Week 3: Zuren en zure oplossingen

H8 Zuren en zure oplossingen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H8 Zuren en zure oplossingen

Slide 1 - Diapositive

Sterke en zwakke zuren
  • Binas 49 geeft een overzicht van bekende zuren en basen.
  • Onder te verdelen in: sterk, zwak en zeer zwak, zie volgende slide.
  • Hoe sterker een zuur, hoe makkelijker het H+ ion kan worden afgesplitst.
  • Bij gelijke molariteit, heeft een sterk zuur een lagere pH, een hogere geleidbaarheid en zal hij sterker reageren dan een zwak zuur (meer H3O+ in oplossing).

Slide 2 - Diapositive

Binas 49
Binas tabel 49_1
Binas tabel 49_2

Slide 3 - Diapositive

Wat is de formule van de gemeenschappelijke deeltjessoort in alle zure oplossingen?

Slide 4 - Question ouverte

Geef de formule van elk van de volgende zuren.

a. koolzuur

b. azijnzuur

c. zwavelzuur

Slide 5 - Question ouverte

Geef de naam van elk van de volgende zuren.

a. HCl

b. H2O + CO2

c. H3PO4

Slide 6 - Question ouverte

Geef voor elk van de volgende zuren de vergelijking van de reactie die optreedt als het in contact komt met water.

a. waterstofchloride

b. salpeterzuur

Slide 7 - Question ouverte

Geef de notaties van elk van de volgende zure oplossingen.

a. verdund salpeterzuur

b. verdund zwavelzuur

c. zoutzuur

Slide 8 - Question ouverte

H+ (aq) + Cl− (aq)
2 H+ (aq) + SO4⁠2− (aq)
HNO3 (l)
HCl (g)
zoutzuur
salpeterzuur
waterstofchloride
 zwavelzuuroplossing

Slide 9 - Question de remorquage

Zwavelzuur, H2SO4, is een tweewaardig zuur, dat wil zeggen dat er bij de reactie met water twee H+‑ionen per molecuul zwavelzuur ontstaan.
Bereken het aantal mol H+ in een oplossing van 5,4 gram zwavelzuur in 1,0 L water.
Antwoord
De molaire massa van H2SO4 is 98,079 g mol−1.
5,4 g H2SO4 ≙ 5,4/98,079 = 0,0551 mol

1 mol H2SO4 geeft 2 mol H+.

Dus in 1,0 L water zit 2 × 0,0551 = 0,11 mol H+ (twee significante cijfers).

Slide 10 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een sterk zuur en een zwak zuur?

Slide 11 - Question ouverte

In Binas tabel 49 staan een aantal zuren gerangschikt van sterk naar zeer zwak. De eerste zeven zijn sterke zuren, na H3O+ beginnen de zwakke zuren.

Zoek in de Binas tabel de zuren HBr en HF op. Geef de naam van deze zuren en geef van elk aan of het een sterk of een zwak zuur is.

Slide 12 - Question ouverte