opdracht werkwoorden groep 3 gevorderden

Opdracht werkwoorden groep 3
(bij opdracht 6-10 uit het boekje)
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Opdracht werkwoorden groep 3
(bij opdracht 6-10 uit het boekje)

Slide 1 - Diapositive

Wat is de stam van leren?
A
ler
B
leer
C
leren
D
lere

Slide 2 - Quiz

Wat is de stam van spelen?
A
spelen
B
spel
C
speel
D
spele

Slide 3 - Quiz

Wat is de stam van vragen?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de stam van kopen?

Slide 5 - Question ouverte

Eva......(lopen) naar huis.
Wij...... (lopen) naar huis.
(Lopen).......je buren naar huis?
Ik.......(lopen) naar huis. 
(Lopen) ......u naar huis?
(lopen)......jij naar huis? 


Farah .............................(maken) een tekening.


Nina ....................... (spelen) de hele dag.

loopt
lopen
lopen
loop
loopt
loop

Slide 6 - Question de remorquage

Hij ....... (betalen) alles!
Ik ...... (betalen) niks!
......(betaal) nou eens wat!
Farah en Nina.....(betalen) de kaas.
 Wat ......(betalen) jij?
.......(betalen) Rico mijn ticket?

Farah .............................(maken) een tekening.


Nina ....................... (spelen) de hele dag.

betaal
betaalt
betaalt
betaal
betalen
betaal

Slide 7 - Question de remorquage

......(huren) jij een huis?
Ana ...... (huurt) een auto.
......(huren) u een fiets?
......(huren) jullie een boot?
......(huren) Jordy een huis?
Zijn ouders ......(huren) een motor.
huren
huren
huurt
huur
huurt
huurt

Slide 8 - Question de remorquage

Tot welke Groep hoort het volgende werkwoord
Mira bakt een taart
A
Groep 1
B
Groep 2
C
Groep 3

Slide 9 - Quiz

Tot welke Groep hoort het volgende werkwoord
Suze en Sanne fietsen naar school
A
Groep 1
B
Groep 2
C
Groep 3

Slide 10 - Quiz

Tot welke Groep hoort het volgende werkwoord
Isabella praat altijd tijdens de les
A
Groep 1
B
Groep 2
C
Groep 3

Slide 11 - Quiz

Tot welke Groep hoort het volgende werkwoord
Isabella kletst altijd tijdens de les
A
Groep 1
B
Groep 2
C
Groep 3

Slide 12 - Quiz

Top welke Groep hoort het volgende werkwoord
Hij rent om de tram te halen
A
Groep 1
B
Groep 2
C
Groep 3

Slide 13 - Quiz

..........(passen)u deze broek even!
A
Passen
B
Pass
C
Pas
D
Past

Slide 14 - Quiz

..........(gillen)niet zo!
A
Gilt
B
Gillt
C
Gill
D
Gil

Slide 15 - Quiz

Ik vind de werkwoorden van groep 3
heel moeilijk, een beetje moeilijk...
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Sondage