004 VH1F/V1H 8 september 2023

Noteer (in je schrift) steeds het onderwerp en de persoonsvorm:

1. 's Avonds zie je op de kermis veel verliefde stelletjes.
2. Op zon- en feestdagen zal de nieuwe eigenaar zijn café sluiten.
3. Volgens mij heeft de bakker heerlijke truffels gemaakt.
4. Dit tuincentrum heeft vierkante parasols in de aanbieding.
5. Op de bodem van de fontein liggen duizenden muntjes.
timer
5:00
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Noteer (in je schrift) steeds het onderwerp en de persoonsvorm:

1. 's Avonds zie je op de kermis veel verliefde stelletjes.
2. Op zon- en feestdagen zal de nieuwe eigenaar zijn café sluiten.
3. Volgens mij heeft de bakker heerlijke truffels gemaakt.
4. Dit tuincentrum heeft vierkante parasols in de aanbieding.
5. Op de bodem van de fontein liggen duizenden muntjes.
timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

1. 's Avonds zie je op de kermis veel verliefde stelletjes.
2. Op zon- en feestdagen zal de nieuwe eigenaar zijn café sluiten.
3. Volgens mij heeft de bakker heerlijke truffels gemaakt.
4. Dit tuincentrum heeft vierkante parasols in de aanbieding.
5. Op de bodem van de fontein liggen duizenden muntjes.

Slide 2 - Diapositive

Pak nu je wisbordje!

Slide 3 - Diapositive

... (hoesten) jij afgelopen zaterdag zo hard tijdens de balletvoorstelling?

Slide 4 - Diapositive

Hoestte jij afgelopen zaterdag zo hard tijdens de balletvoorstelling?

Slide 5 - Diapositive

De rechercheurs ... (tasten) tot vorige week in het duister over de moord op de tuinman.

Slide 6 - Diapositive

De rechercheurs tastten tot vorige week in het duister over de moord op de tuinman.

Slide 7 - Diapositive

Tijdens elke wedstrijd ... (knokken) Ingela vorig seizoen als aanvoerster van het team voor de overwinning.

Slide 8 - Diapositive

Tijdens elke wedstrijd knokte Ingela vorig seizoen als aanvoerster van het team voor de overwinning.

Slide 9 - Diapositive

Valentino ... (erven) onlangs veel geld van zijn oma.

Slide 10 - Diapositive

Valentino erfde onlangs veel geld van zijn oma.

Slide 11 - Diapositive

Tijdens een ruzie ... (bemiddelen) meestal de oudste jongen van deze vriendengroep.

Slide 12 - Diapositive

Tijdens een ruzie bemiddelt meestal de oudste jongen van deze vriendengroep.

Slide 13 - Diapositive

In het verleden ... (schaven) mijn broer de plakken kaas voor mij en mijn zus.

Slide 14 - Diapositive

In het verleden schaafde mijn broer de plakken kaas voor mij en mijn zus.

Slide 15 - Diapositive

In naam van de koning ... (spelden) de burgemeester gisteravond de lintjes op.

Slide 16 - Diapositive

In naam van de koning speldde de burgemeester gisteravond de lintjes op.

Slide 17 - Diapositive

... (kleden) jij je ook feestelijk aan voor de schoolavond?

Slide 18 - Diapositive

Kleed jij je ook feestelijk aan voor de schoolavond?

Slide 19 - Diapositive

Twijfel je? SMURFEN!
Ik vind      - ik smurf          
jij vindt    - jij smurft
hij vindt  - hij smurft

vind jij    - smurf jij

Slide 20 - Diapositive

INHALEN
  • Blz. 253: opdracht 4 afmaken.
  • Blz. 254/255: opdracht 1 en 4 maken.
  • Huiswerk afmaken


Klaar? LEZEN
timer
15:00

Slide 21 - Diapositive

Pauze
    Pauze 
timer
5:00

Slide 22 - Diapositive

Opdracht 4 (blz. 253)
1. vind
2. hangt
3. komt, wordt
4. verbindt
5. kijk, bevind, blijkt
6. bungelt
timer
1:00

Slide 23 - Diapositive

Opdracht 1 (blz. 254)
1. bevrijdde - bevrijdden
2. kuchte - kuchten
3. lozen - loosden
4. pufte - puften
5. verfraaien - verfraaide 
6. wachtte - wachtten
timer
1:30

Slide 24 - Diapositive

Opdracht 4 (blz. 255)
1. bouwden, geloofden
2. woonden, leidden
3. trouwde, behandelde, vrijde
4. leverde
5. baarde 
6. heerste, veroorzaakte
timer
1:30

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Aan de slag!
Maak van Cursus 7 §8 opdracht 2 (blz. 254)
Gebruik het groene blok op p. 254

Maak van Cursus 7 §9 opdracht 1 (blz.256)

Klaar? LEZEN
timer
12:00

Slide 27 - Diapositive

Opdracht 2 (blz. 254)
1. dreftte                      7. verzoofde
2. drunsde                 8. vrixte
3. krunkte                   9. vuindde
4. prachte
5. prifte
6. schrenste
timer
1:00

Slide 28 - Diapositive

Opdracht 1 (blz. 256)
1. zwierf, zag
2. gleed, viel, wreef
3. aten, at, vrat
4. ingreep, stoven
5. vocht, verloor
6. zweeg, ondervroeg
timer
1:00

Slide 29 - Diapositive

Opdracht:
  • Maak een tekening.
  • Vertel aan de persoon achter jou precies wat jij tekent. Die probeert het zo goed mogelijk na te doen.
  • Vergelijk aan het einde jullie tekeningen.

LET OP: absoluut niet bij elkaar kijken! En geen gebaren!

Slide 30 - Diapositive