Mindmap opdracht

vmbo
klas 3
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

vmbo
klas 3

Slide 1 - Diapositive

Vandaag: 
  • Doel van de les
  • Terugblik: manieren waarop je kunt lezen (leesstrategieën) 
  • Huiswerk bespreken
  • Signaalwoorden herkennen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting les 

Slide 2 - Diapositive

Doel van de les
  1. Ik kan op verschillende manieren een tekst lezen over een actueel onderwerp
  2. Ik kan signaalwoorden herkennen 

Slide 3 - Diapositive

Terugblik: 
De vorige keren hebben we het gehad over leesstrategieën. Welke manieren van lezen ken je? Wat doe je dan?

  • Verkennend lezen
  • Grondig lezen
  • Zoekend lezen

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk bespreken
Het huiswerk was:

Blok 3, Lezen 3.14, 3.15 afmaken, + opdrachten 3.16 theorie tot en met 43.10

Slide 5 - Diapositive

Waar denk je aan bij een signaalwoord?

Slide 6 - Carte mentale

Kun je een voorbeeld bedenken?

Slide 7 - Question ouverte

Signaalwoorden
Een signaalwoord vertelt je wat de zinnen of alinea’s met elkaar te maken hebben. Het signaalwoord geeft het verband tussen zinnen of alinea’s aan.
Signaalwoorden maken teksten duidelijker. 

Er zijn veel verschillende soorten signaalwoorden. Maar deze woorden hebben allemaal een ding gemeen: ze geven een verband tussen stukken tekst aan. Aan de hand van deze woorden kun je als lezer signaleren hoe een tekst is opgebouwd. Zo kan het signaalwoord aangeven dat er een reden volgt of juist iets zeggen over de volgorde: daarna gebeurde er iets. Je vindt een tekstverband door goed op signaalwoorden te letten, dit is bijvoorbeeld heel handig bij het begrijpend lezen.

Slide 8 - Diapositive

Let op
Een signaal is een ander woord voor ‘sein’. Een signaalwoord geeft je als lezer als het ware een seintje dat je op moet letten.

 
Alle signaalwoorden
Een schrijver gebruikt signaalwoorden om een tekst duidelijker te maken voor jou als lezer. Zo kom je bijvoorbeeld de volgorde van bepaalde gebeurtenissen te weten, maar begrijp je ook dat er een opsomming of samenvatting volgt. 

Slide 9 - Diapositive




Er zijn heel veel verschillende signaalwoorden. Een paar heel belangrijke zijn:

Signaalwoorden die iets over 'tijd' zeggen: eerst, vervolgens, daarna, toen, ten slotte etc.



Signaalwoorden die iets over 'plaats'zeggen: hier, daar, waar, waarin, waarop etc.


Slide 10 - Diapositive

Welk woord hoort op het stippellijntje?


In een tekst zijn er ... tussen woorden, zinnen en alinea's.

A
leestekens
B
teksten
C
verbanden
D
regels

Slide 11 - Quiz

Hoe noem je woorden die wijzen op een verband tussen zinnen of alinea's?
A
trefwoorden
B
synoniemen
C
signaalwoorden
D
uitdrukkingen

Slide 12 - Quiz

Nu jij
Wat
Je krijgt een opdracht op papier. Onderstreep de signaalwoorden!
Hoe
Zelfstandig
Hulp nodig?
Vraag de docent
Hoe lang
15 minuten
Klaar?
Vergelijk je antwoorden met je buurman/buurvrouw. Wat zijn de verschillen?
timer
15:00

Slide 14 - Diapositive

Afsluiten
Zijn de doelen behaald?

  • Ik kan op verschillende manieren een tekst lezen over een actueel onderwerp
  • Ik kan signaalwoorden herkennen

Wat vond je van de les? Hoe ging het?

Volgende keer: leren we hoe we kernzinnen kunnen herkennen 

  • Huiswerk opdrachten :
Blok 3, schrijven 3.17 (teksten) opdracht 44, 45.1 en 45.2 + theorie



    
            


Slide 15 - Diapositive

Aantekeningen: 
Volgende keer gaan we verder met het leesplan en de hoofdgedachte uit een tekst halen, hiervoor gaan we gebruik maken van de leessandwich. Ook gaan we dan dieper in op het herkennen van kernzinnen en wat je daar nou eigenlijk mee kan (richting mindmap werken)

Slide 16 - Diapositive