Sociale en communicatieve vaardigheden

Sociale en communicatieve vaardigheden

Leerdoelen

• Aan het eind van de lessenreeks ben je in staat om actief te luisteren en te begrijpen waarom dit belangrijk is.
• Aan het eind van de lessenreeks kun je het verschil tussen verbale en non-verbale communicatie uitleggen en hoe je deze kunt inzetten.
• Aan het eind van de llessenreeks begrijp je het belang van empathie in de zorg en hoe je empathische vaardigheden kunt ontwikkelen.
• Aan het eind van de lessenreeks  kun je omgaan met weerstand en grensoverschrijdend gedrag in zowel de ouderen- als kinderzorg.
• Aan het eind van de lessenreeks  ben je in staat om effectief te communiceren via de telefoon in een zorgcontext.

Wat weet je al over sociale en communicatieve vaardigheden in de zorg?

Actief luisteren

• Aandachtig luisteren naar iemands woorden, emoties en lichaamstaal.
• Begrijpen waarom actief luisteren belangrijk is.
• Hoe actief luisteren toe te passen.

Verbale en non-verbale communicatie

• Het verschil tussen verbale en non-verbale communicatie.
• Hoe verbale en non-verbale communicatie in te zetten in de zorg.

Empathie en correct begrip van de zorgvrager

• Het belang van empathie in de zorg.
• Hoe empathische vaardigheden te ontwikkelen.

Weerstand en grensoverschrijdend gedrag

• Omgaan met weerstand in de ouderen- en kinderzorg.
• Hoe grensoverschrijdend gedrag aan te pakken.

Telefoonbeantwoording als communicatieve vaardigheid

• Effectief communiceren via de telefoon in een zorgcontext.

Definitielijst

• Actief luisteren: Het aandachtig luisteren naar iemands woorden, emoties en lichaamstaal om beter te begrijpen wat mensen nodig hebben en hoe je hen kunt helpen.
• Verbale communicatie: De woorden die we gebruiken om onze boodschap over te brengen.
• Non-verbale communicatie: De manier waarop we onze boodschap overbrengen zonder woorden te gebruiken, zoals lichaamstaal, gezichtsuitdrukkingen en gebaren.
• Empathie: Het vermogen om je in te leven in de gevoelens en ervaringen van anderen.
• Weerstand: Het gedrag van mensen die niet willen doen wat hen wordt gevraagd of die zich verzetten tegen bepaalde situaties of veranderingen.
• Grensoverschrijdend gedrag: Gedrag dat de grenzen van anderen overschrijdt, vaak op een ongepaste of ongemakkelijke manier.
• Telefoonbeantwoording: Een communicatieve vaardigheid die het mogelijk maakt om effectief te communiceren en informatie uit te wisselen via de telefoon.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.