Ongelijkheden en grafieken

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welk notatie hoort bij dit interval?

1. x < -1 v x > 3
2. -1 < x < 3
3. -1 > x < 3
4. -1 > x > 3

Welke notatie hoort bij interval a?

1. x < -2 of x > 4
2. -2 < x < 4
3. -2 > x > 4
4. x > -2 V x > 4

Welke notatie hoort bij dit interval?

1. x > 0 V x > 2
2. x < 0 V x < 2
3. x < 0 V x > 2
4. x > 0 V x < 2

Wat zijn de oplossingen van de onderstaande ongelijkheid?

5x−3≤6x+3

1. x≤0
2. x≥0
3. x≤−6
4. x≥−6

Klapt bij deze ongelijkheid het > teken om?
3p > 9

1. Ja
2. Nee
3. Dit is geen ongelijkheid
4. Ligt er aan of p positief of negatief is

Klapt bij deze ongelijkheid het > teken om?
-3p > 9

1. Ja
2. Nee
3. Dit is geen ongelijkheid
4. Ligt er aan of p positief of negatief is

Los de ongelijkheid op:
3x - 2 > 4x + 11

1. x > 13
2. x < 13
3. x < -13
4. x > -13

Geef de oplossing van de ongelijkheid

1. x<1
2. x>6
3. 1<x<6
4. x<1 of x> 6

Bij welke ongelijkheid hoort het antwoord
'voor geen enkele x'

1. f(x) < 0
2. g(x) < 0
3. h(x) > 0
4. f(x) < 3

Geef de oplossing van de ongelijkheid

1. x>-1
2. x<5
3. -1<x<5
4. x<-1 of x> 5

Geef de oplossing van de ongelijkheid

1. 0<x<5
2. x<0 of x> 5
3. x<0
4. x>5