Herhaling Past Simple & Past Continuous

Herhaling Past Simple & Past Continuous
Vandaag herhalen we:

Future 
will & to be going to

Some and Any
-body, -one, -thing, -where
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling Past Simple & Past Continuous
Vandaag herhalen we:

Future 
will & to be going to

Some and Any
-body, -one, -thing, -where

Slide 1 - Diapositive

Waneer gebruik je de Past Simple in het Engels?
A
Bij een handeling in het verleden die afgerond is.
B
Bij feiten, gewoontes en dingen die regelmatig gebeuren.
C
Bij iets dat nu bezig is.
D
Bij iets dat op een moment in het verleden bezig was.

Slide 2 - Quiz

Hoe maak je de Past Simple in een bevestigende zin?
A
Regelmatig & Onregelmatig ww + ED
B
Regelmatig ww 2e rijtje Onregelmatig ww + ED
C
Regelmatig ww + ED Onregelmatig ww -> 2e rijtje
D
Regelmatig & Onregelmatig ww -> 2e rijtje

Slide 3 - Quiz

Welk(e) woord(en) gebruik je om de Past Simple ontkennend te maken?

Slide 4 - Question ouverte

Welk woord gebruik je om de Past Simple vragend te maken?
Waar in de zin zet je dit woord?

Slide 5 - Question ouverte

Waneer gebruik je de Past Continuous in het Engels?
A
Bij een handeling in het verleden die afgerond is.
B
Bij feiten, gewoontes en dingen die regelmatig gebeuren.
C
Bij iets dat nu bezig is.
D
Bij iets dat op een moment in het verleden bezig was.

Slide 6 - Quiz

Hoe maak je de Past Continuous in een bevestigende zin?
A
am/are/is + ww + ing
B
am/are/is + ww + ED
C
was/were + ww uit 2e rijtje
D
was/were + ww + ing

Slide 7 - Quiz

Hoe maak je de Past Continuous vragend?

Slide 8 - Question ouverte

Wat geef je aan als je beide tijden (Past Simple & Past Continuous) samen in één zin gebruikt?
A
Iets gebeurde voor iets anders in het verleden.
B
Iets was al bezig toen iets anders het onderbrak in het verleden.
C
Twee dingen waren tegelijk bezig in het verleden

Slide 9 - Quiz

Vaak worden de signaalwoorden 'while' en 'when' in een zin gebruikt met beide tijden.
Welke bewering hierover is waar?
A
Achter 'when' staat de Past Simple. Achter 'while' staat de Past Continuous.
B
Achter 'while' staat de Past Simple. Achter 'when' staat de Past Continuous.

Slide 10 - Quiz

Oefenen
Vandaag herhalen we:

Future 
will & to be going to

Some and Any
-body, -one, -thing, -where

Slide 11 - Diapositive

Worksheet
Where? Worksheet
What? Do the exercises on the worksheet.
How? Whispers only
Help? Ask your neighbour or raise your hand.
Finished?
- Read book
- ReadTheory.org / Lyricstraining.com
- Revise all unit 3 vocabulary
- Work on another subject

timer
7:00

Slide 12 - Diapositive

Next classes
Monday the 18th of March
Study examenbundel grateful - inevitable.

Tuesday the 19th of March
Read Everything Everything up to p. 270 & fill in the form in Teams.
To those that read the boy: finish reading the boy.

Friday the 22nd of March
No class.

Slide 13 - Diapositive