Adjectives - quiz

Find the adjectives
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Find the adjectives

Slide 1 - Diapositive

Movie

Slide 2 - Carte mentale

Celebrity

Slide 3 - Carte mentale

Dress

Slide 4 - Carte mentale

Concert

Slide 5 - Carte mentale

Director

Slide 6 - Carte mentale

Musician

Slide 7 - Carte mentale

Audience

Slide 8 - Carte mentale

Adjectives (bijvoegelijk nmw)
Zeggen iets over een zelfstandig naamwoord.
Wat is zelfstandig naamwoord (Noun)?

Wat is een bijvoeglijk naamwoord (adjective)?

Slide 9 - Diapositive

Adjectives:
- Komen VOOR het zelfstandig naamwoord in de zin.

- Komen NA het werkwoord: to be, seem, look en appear.

zie blz 145

Slide 10 - Diapositive

Maken:
Exercises: pages 145-146 
33ab : lees a ; b - zet de woorden in de juiste volgorde
34ab: a: zet in de juiste volgorde; b - zet de zin bij het juiste plaatje.
35ab: a - zet een schuine streep op de plek waar het woord moet komen te staan.
b - zet de juiste adjective op de juiste plek in de zinnen.

Slide 11 - Diapositive