M4 Oefentoets

• Drama
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Oefentoets M4

Ter voorbereiding op jullie SE in de toetsweek.

Het bestaat uit meerkeuze vragen en toepassingsvragen. Op deze manier zal het SE er ook uit zien.

Leg uit wat dramatiseren is.

1. Een tragedie van een stuk maken
2. Vorm van toneelspelen waarbij spelers onvoorbereid zijn
3. Theatraal vormgeven van een verhaal of idee
4. Een toneelstuk maken vanuit een bestaande toneeltekst

Jullie krijgen zo een fragment te zien uit een film, waarbiji ik jullie wil vragen te kijken en luisteren naar de toepassing van de muziek. Het fragment zal 2 keer stil staan en dan luid de vraag:

Beschrijf wat de functie van de muziek is en waarom? 

Gebruik (indien passend) in je antwoord/argumentatie de woorden: 

intensiteit 

volume 

tempo

Wat zijn de verschillende manieren om tot een theatervoorstelling te komen?

1. Dramatiseren, ensceneren en improviseren
2. Dramatiseren, improviseren en theatraliseren
3. Ensceneren en dramatiseren
4. Toneeltekst, impro en solo

00:10

Beschrijf wat de functie van de muziek is en waarom? 
Gebruik ( indien passend) in je antwoord/argumentatie de woorden: 

intensiteit 

volume 

tempo

00:21

Beschrijf wat de functie van de muziek is en waarom? 
Gebruik ( indien passend) in je antwoord/argumentatie de woorden: 

intensiteit 

volume 

tempo

Wat zijn theatrale middelen?

1. Wie, wat, waar, waarom en waardoor?
2. Spelgegevens, enscenering en materiële vormgevingsmiddelen
3. Middelen om het theaterstuk naar een hoger plan te tillen
4. Vormgegeven van een theaterstuk

Bekijk het volgende fragment.

Wat is het motorisch moment en waarom?

Wat is het motorisch moment in deze scène?

Onder welke kunstdiscipline valt cabaret?

1. theater
2. kleinkunst
3. literatuur
4. podiumkunsten

Theater kan 4 functies hebben.

Jullie zien zo 3 fragmenten, waarbij de vraag is wat de functie is.

0

Welke functie heeft deze voorstelling?

1. informeren / leren
2. amuseren
3. overtuigen
4. overhalen

0

Welke functie heeft deze voorstelling?

1. informeren / leren
2. amuseren
3. overtuigen
4. overhalen

0

Welke functie heeft deze voorstelling?

1. informeren / leren
2. amuseren
3. overtuigen
4. overhalen

Wat zijn voordracht technieken?

1. Technieken om je voorkomen ( spel) aanweziger te laten zijn.
2. Poëzie en spoken word
3. Stem technieken om de aandacht vast te houden
4. Voordrachtskunsten proffesionaliseren

Jullie zien zo een fragment van Rutte, waarbij ik wil dat jullie letten op de voordrachtstechnieken die hij toe past.

03:10

Het ritme waarmee premier Mark Rutte spreekt, welke invloed heeft dat op de tekst die hij zegt?

03:45

Beschrijf de intonatie van deze speech.

Wat doet de pauzering op dit moment in de speech van Theo Maassen?

Welke twee dingen gebruik je bij ensceneren? (2 antwoorden mogelijk)

1. vormgeving
2. tekst
3. mise-en-scène
4. emoties

Emoties beschrijven

Jullie zien zo een fragment uit Harry Potter. Beschrijf in stem en houding hoe je kan zien dat hij boos is.

Wat is mimiek?

1. Mime technieken
2. Gezichtsuitdrukkingen
3. Lichaamshouding
4. Pantomime ( concreet uitbeelden)

Bij het volgende fragment kijken we hoe we de emotie kunnen zien in de houding en mimiek van de personages.

02:41

Beschrijf in houding en stem hoe je kan zien dat Harry boos is.

00:13

Benoem in de houding en mimiek welke emotie je hier ziet.

01:53

Welke emotie zie je aan het einde bij "Juf Ank". Beschrijf haar mimiek.

Wat zijn spelgegevens?

opdracht

Rol

Verhaal / Actie

Ruimte/ Plaats

Tijd

Motief

Waar

Wie

Wat
(Handeling / conflict)

Waarom

Wanneer

Welke elementen worden in het volgende fragment gebruikt, waaruit blijkt dat het om een absurdistisch stuk gaat?

Ik zie het Absurdisme terug in het vorige fragment, door de volgende elementen: ( vul in)

Wat is een metafoor?

1. Beeldspraak die verwijst naar de werkelijkheid
2. Metamorfose van een personage
3. Metamorfose zichtbaar in mimiek en fysiek
4. Grootse aankondiging van een stuk

Je krijgt zo verschillende fragmenten te zien met verwijzingen naar de werkelijkheid. Bekijk goed welk fragment welke verwijzing gebruikt  en waarom.

De vorm die ze gebruiken voor de verwijzing naar de werkelijkheid is: (benoem en geef toelichting)

De vorm die ze gebruiken voor de verwijzing naar de werkelijkheid is: (benoem en geef toelichting)

Wat is status?

1. Machtsverhouding tussen 2 of meer spelers.
2. Hoe een personage erbij loopt
3. Hoe een rol zich verhoudt tot de ander
4. Essentieel op social media

Beschrijf de mise-en-scène in deze foto.

Wat zijn de verschillen tussen openluchttheater en vlakke vloer theater?

Wat is een clause?

1. Hoogtepunt in het stuk
2. Het moment dat de souffleur de laatste cue geeft
3. Regieaanwijzing
4. Elk stuk tekst in een stuk, dat door 1 persoon achter elkaar wordt gezegd

Waaruit bestaat een rolbiografie?

1. Feitelijk informatie en fysieke eigenschappen: uiting van achtergrond .
2. Feitelijk informatie: wie is de personage en hoe is dat zo gekomen?
3. Karaktereigenschappen: dromen, verleden en irritaties
4. Karaktereigenschappen, fysieke eigenschappen en feitelijke informatie