v3a-ne-leesvaardigheid 4 vervolg opbouw argumentatie

Welkom V3a
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom V3a

Slide 1 - Diapositive

Programma
  1. 10 minuten lezen- leesopdracht in les op vrij 31 januari
  2. Leerwerkcheck 3 en 4, blz 16 en 20
  3. nakijken huiswerk opdr 1 & 2 & 5 blz 21-22
  4. Herkansers/inhaler: Taal-en redekundig ontleden- oefentoetsje en vragen                                                                              Niet-herkansers: lezer boek 2 of huiswerk fictie 2
  5. afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Diapositive

10 minuten lezen

Slide 3 - Diapositive

10 minuten lezen

Slide 4 - Diapositive

Hoe noem
je deze
argumentatie?
A
enkelvoudige
B
meervoudige
C
onderschikkende
D
nevenschikkende

Slide 5 - Quiz

Hoe noem
je deze
argumentatie?
A
enkelvoudige
B
meervoudige
C
onderschikkende
D
nevenschikkende

Slide 6 - Quiz

Bepaal de structuur voor de volgende argumentaties

Zet het standpunt bovenaan en zet de argumenten op de juiste plek. 


Slide 7 - Diapositive

Herhaling basisschema's
Enkelvoudige argumentatie
Meervoudige argumentatie
Onderschikkende argumentatie
Nevenschikkende argumentatie
Meervoudige en onderschikkende argumentatie

Slide 8 - Question de remorquage

Opdracht 1 blz 22
      
        
        
          
            
              
                
              
            
          

          13
          

          

          
            
              
                Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
              
            
          

          
          
            
              
                Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
              
            
          

          
            
              
                Differentiëer
              
            
            

              
                
                  Differentiëer
                
                
                

                
                Instellingen
                
              
            
          

          
    
      
        
 
    
    
    
    
    
    
    
      
        
          
        
      
    
 

    
    

    
    
      
        
          Opdracht 6 nakijken
        
      
    

    
    
      
        6 c   De voordelen van het leren van andere talen:          -    Door het leren van een andere taal kun je effectiever communiceren met sprekers van de taal en het is respectvol naar de sprekers van die taal.    -     Door het leren van een andere taal zal je meer bereid zijn culturele verscheidenheid te waarderen en te koesteren, wat de tolerantie voor en het begrip van andere culturen verhoogt.    -    Meertaligheid beschermt tegen dementie en zorgt voor betere cognitieve prestaties (door flexibele en efficiënte hersenen).    -    Het leren van een tweede taal verandert de hersenen op zo’n manier dat meertaligen betere taalvaardigheden hebben dan niet-meertaligen.
      
    

    
    
 

 
 
 
      
    
    
    
    
      
        
          
          
            
 
    
    
    Slide
 
 
          
          
        
      
    

 
          

          

          
    
    
      
      
    
 
        
      


      

      
      
    t 6 nakijken
1    a     Het ziet er slecht uit voor de grote grazers, of ze komen massaal om van de honger of ze worden in grote getale afgeknald omdat een meerderheid van de Provinciale Staten heeft gestemd voor het afschieten van een deel van hen.
    b     De Provinciale Staten denken dat flink uitroeien goed is voor het welzijn van de dieren, omdat de dieren die overblijven dan betere kansen hebben om door de winter te komen. Anders zou een deel van de grazers een hongerdood sterven.
    c     In de winter sterven veel grote grazers in de Oostvaardersplassen. Dit is enerzijds doordat er in de winter weinig te grazen valt. Onder ‘kommervolle omstandigheden’ sterven dan honderden dieren een hongerdood. Anderzijds sterven veel grote grazers door het afschietbeleid van de Provinciale Staten dat erop gericht is de populatie te verminderen zodat er voor de overgebleven dieren genoeg voedsel is.



Slide 9 - Diapositive

Vervolg opdracht 1 blz 22
d De visie van Frans Vera is natuurvolgend: volgens Vera moet niet ingegrepen worden in de Oostvaardersplassen, maar moet de natuur haar werk kunnen doen. Daar hoort het verhongeren van dieren bij. De visie van de Provinciale Staten is dat er ingegrepen moet worden als het welzijn van de dieren in gevaar is.
    e     Eigen antwoord
Bijvoorbeeld: Ik vind dat je de natuur zijn gang moet laten gaan en niet moet ingrijpen. Anders kun je het geen natuur meer noemen. / Ik vind dat je het welzijn van de dieren voorop moet stellen. Als je leed kunt voorkomen door in te grijpen, dan moet je dat doen.

Slide 10 - Diapositive

opdracht 2 blz 22
2. Provinciale staten wil van de Oostvaardersplassen een gezellig natuurpark maken met hotels en lodges. Dit kan alleen door de populatie grote grazers drastisch terug te dringen.
2    a    -    ze willen dieren afschieten om hongersnood te voorkomen
             -    Er is met een prikpil geprobeerd de populatie in te perken.
    b     Het is een nevenschikkende argumentatie. Om zijn standpunt te onderbouwen gebruikt de schrijver twee argumenten die verband houden met elkaar (beide argumenten hebben betrekking op terugdringen populatie)

Slide 11 - Diapositive

opdracht 5 blz 22
a    - Mijn vrienden hadden een boek bij zich en gingen de hele middag lezen in het gras, net als heel veel andere gasten van het zwembad.
        - Ik ken hier mensen die vlak voor ze op vakantie gaan de boekhandel bezoeken om boeken en tijdschriften te kopen voor hun vakantie.
        - Een Nederlands echtpaar waar ik bij in huis heb gewoond, las zelfs in bed.
    b    - Er is echt helemaal niemand.
        - Alleen als er bijvoorbeeld een minister ontvangen moet worden in de stad, dan gebeurt dat in de bibliotheek.
    c    De bewering bij vraag a wordt ondersteund door een nevenschikkende argumentatie. De
        bewering bij vraag b wordt ondersteund door een onderschikkende argumentatie.
    d     Tegenargument bewering a, bijvoorbeeld: Er zijn steeds minder mensen lid van de bibliotheek. / Er worden steeds minder boeken verkocht.
        Tegenargument bewering b, bijvoorbeeld: Ook al komen er geen mensen, dan kan het alsnog een heel interessante baan zijn.

Slide 12 - Diapositive

LV4: Opbouw van argumentatie
Leerdoel bereikt?
Ik weet dat er verschillende argumentatievormen zijn bij het onderbouwen van een standpunt en kan deze onderscheiden en herkennen. Ik weet hoe ik de argumentatievorm kan aanvallen en tegenargumenten kan bedenken.

Slide 13 - Diapositive

Aan het werk
  • Geen herkansing, je mag gaan lezen in leesboek 2 of starten met het huiswerk voor dinsdag 20 januari.
  • Huiswerk: Fictie 2 lezen blz 64 & maken opdr 1 t/m 4, blz 66-67

Wel herkansing taal- en redekundig ontleden, stel je vragen en maak het  oefentoetsje over lesstof leerjaar 1& 2

Slide 14 - Diapositive

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: dinsdag 20 januari fictie 2 (p. 64-67)

  • Huiswerk: lezen blz 64 & maken opdr 1 t/m 4, blz 66-67
  • Meenemen: LAPTOP, boek, leesboek, schrift en pen​


Slide 15 - Diapositive

v3a-ne-leesvaardigheid 4 vervolg opbouw argumentatie

Slide 16 - Diapositive