LJ1 - 2.3 Cellen / LJ2 - 2.3 Verteringsstelsel

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Biologie Hoofdstuk: 2.3 Cellen / 2.3 Verteringsstelsel
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

LJ 1: Open je boek van biologie op bladzijde 95.

LJ2: Open je boek van biologie op bladzijde 103. Maak de samenhang.

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen 

Aan het eind van deze les:

- weet je dat een organisme bestaat uit cellen;

- kun je de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken;

- kun je delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken.

Leergebiedoverstijgende doelen:

Reflecteren:

- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk

- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

3. Arrangementen + mini-check

 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand

Iedereen doet mee met de mini-check. 

Wat zien we hier?

1. Dierlijke cel
2. Plantaardige cel

Hoe noemen we nummer 3?

1. Vacuole
2. Celkern
3. Bladgroenkorrel
4. Celmembraan

Wat heeft een plantencel wel
wat een dierlijke cel niet heeft?

1. celkern
2. cytoplasma
3. celmembraan
4. bladgroenkorrels

Hoe heet het vlies om een dierlijke cel heen?

1. cytoplasma
2. celmembraan
3. celwand
4. celorganel

Wie maakt wat? 

Had je de vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 7 (opdr 4 niet) op blz 98 t/m 100

De rest doet mee met de instructie. 

Cellen

Cellen zijn kleine bouwstenen van organismen.

Alles wat leeft bestaat uit cellen.

Er zijn veel verschillende cellen.

Dierencel

• Celplasma(cytoplasma)= water met opgeloste stoffen
• Celkern = regelt alles in een cel
• Celmembraan = dun vliesje

Plantencel

• Alle 3 van een dierencel (celplasma, celkern, celmembraan)
•  Vacuole
• Bladgroenkorrels
• celwand

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 7 (NIET 4) op blz 98 t/m 100.

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten zorgvuldig na.

Daarna maak je de samenhang op blz. 101

1. Lesopening LJ2 

Open je boek van biologie op bladzijde 80.

2. lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les:

- kun je de functie van vertering, verteringssappen en enzymen     beschrijven;
- kun je de delen van een gebit noemen met hun functie;

- kun je de werking en functie van de darmperistaltiek beschrijven.

 

Leergebiedoverstijgende doelen:

Reflecteren:

- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk

- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

3. Arrangementen + mini-check

 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Bregje

Je maakt opdracht 1 t/m 5 op blz 99 t/m 101

De rest doet mee met de mini-check. 

Welke stof kan zo zonder vertering in het bloed worden opgenomen?

1. Mineralen
2. Eiwitten
3. Vetten
4. Koolhydraten

Wat doen enzymen?

1. Enzymen verbranden voedingsstoffen
2. Enzymen maken voedingsstoffen kleiner
3. Enzymen bevatten verteringssappen
4. Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed

Wat is geen functie van darmperistaltiek?

1. Voedselbrij kneden
2. Voedselbrij mengen
3. Voedselbrij voortduwen
4. Voedselbrij filteren

Wie maakt wat? 

Had je 3 of 4 vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 5 op blz 99 t/m 101

De rest doet mee met de instructie. 

Vertering

• Verteringsstelsel 
• Darmkanaal 

• Direct opnemen: glucose, water, vitaminen en mineralen. 
• Niet direct opnemen: eiwitten, koolhydraten en vetten. 

Kauwen

(Mechanische vertering)

Verteringssappen

(Chemische vertering)

Mechanische vertering

0

Verteringssappen

Verteringsklieren:

• Speekselklieren 
• Maagsapklieren 
• Lever
• Alvleesklier
• Darmsapklieren

Scheikundige reacties met enzymen: stoffen worden omgezet in andere stoffen

Darmperistaltiek

    Schema darmperistaltiek

1. Lengtespieren ontspannen; kringspieren trekken samen.
2. Darmkanaal wordt nauwer en duwt voedsel vooruit.
3. Lengtespieren trekken samen; kringspieren ontspannen.

5. Begeleid inoefenen

Bespreken opdrachten. 

6. Zelfstandig werken

LJ 1 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 7 (NIET 4) op blz 98 t/m 100

LJ 2 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 5 op blz 99/101.

Ben je klaar?

Dan kijk je je werk na

LJ 1 - Daarna maak je de samenhang op blz. 101

LJ 2 - Daarna ga je de inzichtsvragen maken opdracht 6 t/m 9 op blz 101/102.

7. Evaluatie LJ1

Hoe ging de les?

Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Lesdoel:

- weet je dat een organisme bestaat uit cellen?

- kun je de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken?

- kun je delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken?

7. Evaluatie LJ2

Hoe ging de les?

Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Lesdoel:

- kun je de functie van vertering, verteringssappen en enzymen beschrijven?

- kun je de delen van een gebit noemen met hun functie?

- kun je de werking en functie van de darmperistaltiek beschrijven?

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk LJ1: 

Maandag 14 november

2.3 opdracht 1 t/m 7 (4 NIET)

Huiswerk LJ2: 

Maandag 14 november

2.3 opdracht 1 t/m 5 

Toetsen LJ1: 

Donderdag 17 november

SO paragraaf 2.1 t/m 2.3

Toetsen LJ2: 

Donderdag 17 november

SO paragraaf 2.1 t/m 2.3