T&G periode 9 les 2 Coördinatie herhaling en lenigheid

• Trainen en Gezondheid
• MBO
• Studiejaar 1

Trainen en gezondheid

• 
  
• Spijsvertering

Trainen en gezondheid

Periode 9

Les 2 

Huiswerktoppers

Inhoud

• Coordinatie en zenuwstelsel 2
• Lenigheid

Grote hersenen

Kleine hersenen

Hersenstam

Ruggenmerg

Zenuwstelsel

Hersenen

Grote hersenen

• verantwoordelijke voor alle bewuste bewegingen

Kleine hersenen

• zorgen voor coordinatie van allerlei gelijktijdige werking van spieren en organen >> FINETUNING

Wat doet de Thalamus? Hersenstam?

Hersenstam

Ruggenmerg

Hersenstam

• zorgt voor veel processen, zoals bloeddruk, temperatuur

Ruggenmerg

• schakels tussen hersenen en spieren/organen

Neuromusculair

       Een coordinatie tussen zenuwstelsel, zintuigen en spieren

Dit wordt beter naarmate een beweging vaker terugkeert en geoefend wordt

Musculaire Coordinatie 

Intramusculaire Coordinatie

Coordinatie binnen een spier

Intermusculaire Coordinatie

Coordinatie tussen verschillende spieren

Musculaire Coordinatie 

Intramusculaire Coordinatie

Coordinatie binnen een spier

Musculaire Coordinatie 

Intermusculaire Coordinatie

Coordinatie tussen verschillende spieren

06:08

Hoe gaat de Muscle-Up van Terry Crews er uit zien?

1. Sterk en precies zoals het jongetje heeft voorgedaan
2. rommelig en kwakkelig

Motorisch geheugen

Een sporter slaat alle bewuste en onbewuste ervaringen op in het MOTORISCH GEHEUGEN.

Hoe groter en ruimer dit geheugen is hoe sneller en accurater een sporter kan reageren op veranderende bewegingssituaties

Als een beweging goed gecoördineerd is dan noemen we deze beweging ook wel:

1. Snel
2. Gecoördineerd
3. Economisch
4. Dynamisch

Lenigheid

Het vermogen om bewegingen met een zo groot mogelijke bewegingsuitslag (amplitude) in de gewrichten uit te voeren.

Hypermobiel

Hypomobiel

Lenigheid

Lenigheid is een basisvoorwaarde voor het effectief uitvoeren van bewegingen

Lenigheid > relatie met andere bewegingseigenschappen

Soorten Lenigheid

• Algemene en specifieke lenigheid
• Actieve en passieve lenigheid

Actief: grootst mogelijke beweeglijkheid die je in een gewricht kunt opbrengen door spierkracht van agonisten en synergisten; 2 factoren spelen een rol: 

kracht van agonisten en synergisten

souplesse en rekbaarheid van de aan de andere zijde van het gewricht gelegen antagonisten

Passief: externe krachten bepalen de grootte van de bewegingsuitslag (zwaartekracht, partner)

• Dynamische en statische lenigheid

Tekort aan lenigheid

Oorzaken:

• Inactiviteit
• Mannelijke hormonen
• Koude spieren
• Vermoeidheid
• Huidbeschadiging
• Stress
• Vetweefsel
• Ouder worden
• Spier / gewrichtsblessure
• Aanleg

Niet trainbaar

1. Aantal bewegingsassen
2. Gewrichtskraakbeen
3. Rekbaarheid van de huid, kapsel, ligamenten en spierpezen
4. Omgevingstemperatuur
5. Stress

Wel trainbaar

1. Spiertonus antagonisten
2. Spierkracht van agonisten en synergisten
3. Spiertemperatuur
4. Spiervermoeidheid

Lenigheidstraining

Het vergroten van de bewegingsuitslag door:

• Dynamisch of verend rekken
• Statisch rekken

Lenigheidstraining

Kinderen

Ouderen

Stretching is wat anders dan rekken

Stretching is een onderdeel van de WU of CD met als doel de spiertonus te verlagen

En nu?