Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Ordening
Slide 1 - Diapositive
skofgs
Slide 2 - Diapositive
DOMEINEN
Slide 3 - Diapositive
Eukaryoten
Slide 4 - Diapositive
Dier
Plant
Schimmel
Bacterie
Slide 5 - Question de remorquage
Eencellige dieren
Slide 6 - Diapositive
Voortplanting bacteriën
celdeling
elk halfuur delen
eencellige schimmels delen ook
Slide 7 - Diapositive
Antibiotica
Een bacteriële infectie bestrijd je met antibiotica.
Wist je dat penicilline van een schimmel wordt gemaakt?
super nuttig!
Slide 8 - Diapositive
Organismen worden onder verdeeld (geordend) in 4 groepen (of rijken).
Bij het ordenen worden kenmerken van cellen gebruikt. Deze kenmerken zijn: celkernen, celwanden en bladgroenkorrels
Bacterieen zijn de enige groep die geen celkern bezit.
Bacterieen zijn ééncellig: ze bestaan maar uit een cel.
Bacterien planten zich voort door deling: de cel deelt zich en er ontstaan dan twee kleinere cellen. Deze cellen groeien snel tot ze even groot zijn als de oorspronkelijke cel.
Bacterieen klinken vies maar ze kunnen ook heel nuttig zijn. Zo worden er bacterieen gebruik voor het mken van voedingsmiddelen bijvoorbeeld voor yoghurt. Ook in ons lichaam hebben we goede bacterieen. Als je geen bacterieen in je darmen zou hebben, zou je bijvoorbeeld sterk vermageren.
Daarnaast ruimen bacterien in de natuur dode organisme op, ze voeden zich hier namelijk mee.
Ziekten die worden veroorzaakt door bacterieen zijn er natuurlijk ook. Deze ziekten kunnen vaak bestreden worden met antibiotica (pencilline)
Heeft een bacteriecel een celkern? En een celwand?
A
Geen van beiden
B
Wel een celkern
C
Wel een celwand
D
Beiden
Slide 11 - Quiz
celmembraan
vacuole
cytoplasma
celwand
bladgroen
korrel
celkern
kernmem
braan
Slide 12 - Question de remorquage
soort en populatie
Twee organismen horen tot één soort als zij onderling kunnen voortplanten en vruchtbare nakomelingen krijgen.
Van één soort zijn meerdere populaties. Vindt uitwisseling van genen plaats, dan horen die organismen tot dezelfde populatie.
Slide 13 - Diapositive
variatie in genotypen
Slide 14 - Diapositive
Natuurlijke selectie
overlevingskans
schutkleur
natuurlijke selectie
De best aangepaste organismen blijven overleven
Slide 15 - Diapositive
Evolutie
De ontwikkeling van het leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.
Slide 16 - Diapositive
Geologische tijdschaal
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Haaien zijn gewervelde dieren. In de afbeelding zie je een stamboom die de afstamming van verschillende groepen gewervelde dieren weergeeft volgens de evolutietheorie. Welke antwoorden zijn goed?
A
Haaien zijn eerder ontstaan dan beenvissen.
B
Beenvissen zijn meer verwant aan haaien dan
aan amfibieën.
C
A en B kloppen allebei
D
A en B kloppen allebei niet
Slide 19 - Quiz
Indeling dieren
Slide 20 - Diapositive
Indeling dieren
Slide 21 - Diapositive
Geleedpotigen
Slide 22 - Diapositive
Gewervelden
Slide 23 - Diapositive
Gewervelden
Vissen
Amfibieën
Reptielen
Vogels
Zoogdieren
Slide 24 - Diapositive
Determineren
Determineren =
organismen herkennen door naar kenmerken te kijken