Zenuwstelsel en zenuwcellen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Zenuwstelsel en zenuwcellen

Klik op de link die je in je e-mail hebt gehad!

Wat heb je de afgelopen lessen geleerd?

Voor het beantwoorden van een vraag krijg je

steeds 10 seconden!

Welk van de volgende delen hoort NIET bij het centrale zenuwstelsel?

1. grote hersenen
2. kleine hersenen
3. ruggenmerg
4. zenuwen

Je ruikt dat je moeder koekjes bakt. Wat is de geur van de koekjes?

1. een impuls
2. een prikkel
3. een zintuig
4. een zenuw

Je pakt een koekje.
De spieren in je arm komen in beweging, doordat zij ... ontvangen.

1. impulsen
2. prikkels
3. zintuigen
4. zenuwen

De grote hersenen verwerken impulsen via ... en ... , waardoor verwerking plaatsvindt en jij de geur van koekjes herkent.

1. bewegingszenuwcellen en ruggenmerg
2. gevoelszenuwcellen en ruggenmerg
3. bewegingszenuwcellen en hersenstam
4. gevoelszenuwcellen en hersenstam

De spieren in je arm ontvangen impulsen via ...

1. bewegingszenuwcellen
2. gevoelszenuwcellen
3. schakelcellen
4. bloedcellen

Om de spieren in je arm te kunnen bewegen, gaan impulsen via ...

1. grote hersenen en ruggenmerg
2. grote hersenen en kleine hersenen
3. grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
4. grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg

Welke zenuwcellen hebben lange uitlopers?

1. alleen bewegingszenuwcellen
2. alleen gevoelszenuwcellen
3. zowel bewegings- als gevoelszenuwcellen
4. bewegings-, gevoelszenuwcellen en schakelcellen

Waar liggen de cellichamen van de bewegingszenuwcellen?

1. in de grote hersenen
2. in de kleine hersenen
3. in het ruggenmerg
4. net buiten het ruggenmerg

Wat vinden we in een gemengde zenuw?

1. lange uitlopers van bewegingszenuwcellen
2. lange uitlopers van gevoelszenuwcellen
3. lange uitlopers van zowel bewegings- als gevoelszenuwcellen