3V Economie par. 3.2

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

3.4a
Wat is het beste antwoord?

1. Hans is onbetrouwbaar
2. Ze zijn bang dat Hans de lening niet kan terugbetalen
3. Hans heeft geen baan
4. Hans zit in de bijstand

3.4b

1. ( 125 - 250 ) / 250 x 100
2. ( 250 - 187,5 ) / 187,5 x 100
3. ( 150 - 125 ) / 125 x 100
4. ( 250 - 125 ) / 125 x 100

3.4c

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

3.4e

1. ( 12.000 x 0,2 - 1.000 - 420 ) / 60
2. ( 12.000 x 0,2 - 1.000 + 420 ) / 60
3. ( 12.000 x 1,2 - 1.000 - 420 ) / 60
4. ( 12.000 x 1,2 - 1.000 + 420 ) / 60

Rente / Interest

Enkelvoudige interest  <--------------> Samengestelde interest 

( meestal ) bij lenen                                    ( meestal ) bij sparen         rente over vast bedrag                                      rente op rente          

rente elke periode verrekend                                                                  

Stop Motion

Enkelvoudige of Samengestelde interest?

Hoe groot is het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde interest?

Enkelvoudige interest

Lening van € 100.000,- tegen 5%, looptijd 10 jaar

Rente maand 1 = 100.000 x 0,05 x 1/12 = 416,67

Rente maand 2 = 100.000 x 0,05 x 1/12 = 416,67

.......

Rente maand 120 = 100.000 x 0,05 x 1/12 = 416,67

Rente = schuld x rentepercentage x tijdsduur

Samengestelde interest

jaar 1: € 2,- x 1,10 = € 2,20

jaar 2: € 2,20 x 1,10 = € 2,42

Eindbedrag = 2 x (1,10)^2 = 2,42

Formule 

E = B x (1+p)^t

939,39

904,50

867,61

886,74

€ 700, 8jr, 3%

€ 750, 2,5jr, 6%

€ 800, 3jr, 5,5%

Arnold wil graag over 10 jaar op Wereldreis. Deze reis zal hem naar schatting € 15.000,- gaan kosten. De rente is 2%. Hoeveel moet hij nu op de bank zetten om de reis te kunnen maken?

Opdracht

15.000 / ( 1,02 ) ^10 = 12.305,22

Hw.

Opgave 3.6