WRE 1HV - Cursus Taal - §8 Dyslexie

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Maak de puzzel zelfstandig;
Inloggen LessonUp;
Pak je materiaal voor.
timer
10:00
Klaar met de puzzel?
Lees dan de tekst op blz. 104-105
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Maak de puzzel zelfstandig;
Inloggen LessonUp;
Pak je materiaal voor.
timer
10:00
Klaar met de puzzel?
Lees dan de tekst op blz. 104-105

Slide 1 - Diapositive

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 4 - Taal
1. Lesdoelen
2. Herhaling §7 Beeldtaal
3. Oefening maken
4. Dyslexie
5. Samen oefenen
6. Zelfstandig werken?
7. Terugblikken en afsluiten

Slide 2 - Diapositive

  • Je leert wat het begrip 'taalstoornis' betekent;
  • Je leert wat dyslexie is.
Lesdoelen

Slide 3 - Diapositive

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is de overeenkomst tussen Egyptische hiërogliefen en emoji’s?

Slide 6 - Question ouverte

Wat zijn de voordelen van beeldtaal?

Slide 7 - Carte mentale

§8 Dyslexie
Bladzijde 104-105

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

  • Letterlijke betekenis: 'beperk lezen'.
  • Mensen met dyslexie hebben moeite om klanken op de goede volgorde zetten, draaien letters om, gaan vaak radend lezen en vinden lezen niet leuk.
  • Dyslexie is erfelijk, gaat nooit echt voorbij en komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes.
Dyslexie 
de kenmerken

Slide 10 - Diapositive

De volgende leesproblemen kunnen voorkomen bij dyslexie:
 
1. b | p | d | verwisseling, oftewel het spiegelen van letters die erg op elkaar lijken.

Slide 11 - Diapositive



2. Letters die tijdens het lezen continu verspringen (‘dansende’ letters).
Wie kan onderstaande zin lezen en begrijpen?

Zrdoa vdaer tiuhs kmot, renenn de kdinreen enssautioht naar hem toe. 

Slide 12 - Diapositive

3. Het verwisselen van de woordvolgorde binnen een zin.
4. Letters die uit elkaar gaan en nieuwe woorden lijken te vormen.
5. Het verwisselen van de lettervolgorde binnen een woord.
6. Spellend (letter voor letter) lezen.


Slide 13 - Diapositive

Las je op de basisschool vaak verhalen of boeken voor je plezier?
Ja
Nee

Slide 14 - Sondage

Hoe snel lees jij, als je een tekst begrijpend leest?
Heel snel
Snel
Gemiddeld
Traag
Heel traag

Slide 15 - Sondage

Maak jij wel eens leesfouten?
nooit
soms
vaak

Slide 16 - Sondage

Iedereen maakt wel een spelfouten, welk cijfer geef jij jezelf op spelling?
010

Slide 17 - Sondage

Slide 18 - Lien

Slide 19 - Vidéo

Iemand die veel spelfouten maakt, heeft waarschijnlijk dyslexie.

A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Iemand met dyslexie heeft ook vaak moeite met rekenen.

A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Ook volwassenen kunnen last hebben van dyslexie.

A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Iemand met dyslexie moet veel lezen om ervan af te komen.

A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

‘Ook heel slimme mensen kunnen er last van hebben.’ Zoek op internet de namen van drie bekende mensen met dyslexie. Noteer in enkele zinnen wat zij in hun leven, ondanks hun handicap, bereikt hebben.

Slide 24 - Question ouverte

  • Je leert wat het begrip 'taalstoornis' betekent;
  • Je leert wat dyslexie is.
Lesdoelen

Slide 25 - Diapositive