Woordsoorten

1 / 16
suivant
Slide 1: Vidéo
TaalBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Slide 2 - Diapositive

Wat is het lidwoord in de volgende zin?
Het pakketje is bestemd voor mij.
A
Het
B
Pakketje
C
Bestemd
D
Voor

Slide 3 - Quiz

zelfstandige naamwoorden

Slide 4 - Diapositive


Wat is het zelfstandige naamwoord?
A
verspringen
B
de geit
C
het

Slide 5 - Quiz

Schrijf een zelfstandig naamwoord op!

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?
Vera koopt een dun boekje.
A
Vera
B
Koopt
C
Dun
D
Boekje

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Kun jij een werkwoord opschrijven?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het werkwoord in de zin?

Luuk komt uit school.
A
Luuk
B
komt
C
uit
D
school

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Het voorzetsel

Slide 13 - Diapositive

WAT IS HET VOORZETSEL?
De hond ligt in zijn mand.
waar-vraag!
Wanneer-vraag!

Slide 14 - Question ouverte

Lidwoord
Zelfst. naamw.
Werkwoord
Bijvoeglijk naamw.
Voorzetsel
De
hond
loopt
naar
het
grote
veld.

Slide 15 - Question de remorquage


Ik heb het doel van deze les behaald
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Sondage