vetten

Vetten
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
VoedingsleerSecundair onderwijs

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vetten

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
3 verschillende vetsoorten kunnen benoemen
de groepen vetten kunnen benoemen

Slide 2 - Diapositive

Energiewaarde 38 KJ /100 g.
  

• Vet smelt door warmte, maar het smeltpunt verschilt echter per soort vet. Dit komt omdat er geen enkele vetsoort hetzelfde is.
• Ze hebben telkens andere eigenschappen.

Slide 3 - Diapositive

Waar komen vetten vandaan?
Welke oorsprong hebben vetten?

Slide 4 - Question ouverte

Vetten kunnen zowel van dierlijke als van plantaardige oorsprong zijn.


Slide 5 - Diapositive

Zijn alle vetten geschikt voor te verhitten?
A
Ja
B
Neen

Slide 6 - Quiz

Niet alle vetten zijn hetzelfde.

Er zit een verschil in zowel smaak als samenstelling. Ook de vastheid van vetten verschillen per soort.
            Door de grote verschillen in temperatuurbestendigheid kunnen sommige vetten vrij hoge temperaturen verdragen zonder dat hun eigenschappen veranderen.
            Dit maakt dat deze vetten geschikt zijn als bak– en braadvetten (deze verdragen een maximum temperatuur tot 130°C).
             Voor sommige vetsoorten ligt de temperatuurgrens op 180°C. deze vetsoorten zijn vooral geschikt als frituurvetten.
             Andere zijn totaal niet geschikt om verhit te worden. In deze groep horen de beleg- en smeervetten.




Slide 7 - Diapositive

Welke 3 vetsoorten zijn er?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Vidéo


 Vetten is een verzamelnaam voor een grote groep stoffen die heel veel van elkaar kunnen verschillen.

 Vetten worden onderverdeeld in verzadigde en onverzadigde vetten.

 We hebben vet nodig. 
Stoffen zoals de reeks vetoplosbare vitamines (A, D, E en K) kan ons lichaam nergens anders vinden.



Slide 10 - Diapositive

Zijn vetten gezond?
A
Ja
B
Neen

Slide 11 - Quiz

Het idee dat alle vetten kunnen leiden tot hart- en vaatziekten is niet helemaal correct.
  

Vooral de volgende groepen vetten zijn minder gezond:
Vetten met verzadigde vetzuren.
• De enkelvoudig onverzadigde vetten.
• De transvetten.

Slide 12 - Diapositive

Alle vetten die vast of hard zijn bestaan voor een groot deel uit verzadigde vetten.

Slide 13 - Diapositive

Verzadigde vetzuren zijn te vinden in vooral dierlijke producten. Geef 3 voorbeelden

Slide 14 - Carte mentale

Onverzadigde vetten verdelen we in:

Enkelvoudig onverzadigde vetten

 Meervoudig onverzadigde vetten.

Slide 15 - Diapositive

enkelvoudig onverzadigde vetten
Scheikundige samenstelling van de vetzuren. Doordat er 'knikjes' zitten in de atoomverbindingen van onverzadigd vet, is deze vetsoort zachter.

 Bij vetzuren met één knikje spreken we van enkelvoudig onverzadigd vet. 

Enkelvoudig onverzadigde vetten zitten vooral in plantaardige oliën zoals olijfolie en avocado's.

Slide 16 - Diapositive

Meervoudige onverzadigde vetten
Zitten er twee of meer knikjes in , dan noemen we dit meervoudig onverzadigd vet. 
Meervoudig onverzadigde vetten vind je vooral in plantaardige oliën en vette vis. 
Bekende meervoudig onverzadigde vetzuren zijn Omega 3 en Omega 6.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Welke vetsoort is beter?
A
Onverzadigde vetten
B
Verzadigde vetten

Slide 19 - Quiz

Welke vetsoort is gezonder
A
Enkelvoudige onverzadigde vetten
B
Meervoudig onverzadigde vetten

Slide 20 - Quiz

De meervoudig onverzadigde vetten zijn vooral plantaardig

visolie bevat ook meervoudig onverzadigde vetten

Slide 21 - Diapositive

Noteer ten minste 3 producten waarin meervoudig onverzadigde vetten zitten

Slide 22 - Carte mentale

Transvetten
Transvet is een type onverzadigd vet, maar valt door toevoeging van transvetzuren juist onder de ongezonde vetten. 

Het omzetten van vloeibare in vaste vetten wordt “harden” genoemd. 
Het verandert de eigenschappen van meervoudig onverzadigde vetten in de eigenschappen van verzadigde of enkelvoudig onverzadigde vetten.

Een toename van 2 % aan transvetzuren in voeding, kan leiden tot een verhoging van het risico op hart- en vaatziekten.

Slide 23 - Diapositive

Verzadigde vetten
Onverzadigde vetten
Transvetten

Slide 24 - Question de remorquage

Tegen volgende les
Taak via Quizizz

Slide 25 - Diapositive

Heb je veel geleerd vandaag tijdens deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage







voor jullie medewerking  

Slide 27 - Diapositive