Werkwoord Spelling t.t.

Wat weten we nog
van werkwoordspelling?
1 / 16
suivant
Slide 1: Carte mentale
SpellingSpeciaal OnderwijsLeerroute 6

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Wat weten we nog
van werkwoordspelling?

Slide 1 - Carte mentale

Lesdoel
Ik kan de spellingsregel bij werkwoorden in tegenwoordige tijd en verleden tijd goed toepassen.

Slide 2 - Diapositive

Waaraan kan ik zien in welke tijd een zin staat?
A
Het onderwerp
B
Aan de lengte van de zin
C
Het werkwoord
D
Aan het lidwoord

Slide 3 - Quiz

Regel tegenwoordige tijd
Stam + t

Slide 4 - Diapositive

Regel verleden tijd
't Kofschip

Slide 5 - Diapositive

_______ jij ook alle honden in het park (vermijden)

Slide 6 - Question ouverte

Vandaag ______ Pieter de folders van deze week (verspreiden)

Slide 7 - Question ouverte

__________ je je vriendin om haar rijke vriend? (benijden)

Slide 8 - Question ouverte

Ik ______ bij het zien van snoep! (watertanden)

Slide 9 - Question ouverte

_______ je dat ook geen rare opmerking van de minister? (vinden)

Slide 10 - Question ouverte

Vroeger _____ de krakers hun panden nog niet (bekladden)

Slide 11 - Question ouverte

De ouders van het meisje _______ de crimineel (haten)

Slide 12 - Question ouverte

Op het feest _______bijna alle mensen (roken)

Slide 13 - Question ouverte

Hij _______ op zijn luchtbed in de middellandse zee (drijven)

Slide 14 - Question ouverte

Wij ______ van de fantastisch spannende film (genieten)

Slide 15 - Question ouverte

_____ ik jou de waarheid maar eerder _____ (vertellen)

Slide 16 - Question ouverte