Laatste schooldag quiz

Laatste schooldag quiz
Allerlei vragen over allerlei vakken, algemene kennis vragen en 
onzinvragen !

1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Laatste schooldag quiz
Allerlei vragen over allerlei vakken, algemene kennis vragen en 
onzinvragen !

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is het meest gegeten ijsje 
tijdens de Nederlandse zomer?!
A
Cornetto
B
Twister
C
Raketje
D
Calippo

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat vindt de gemiddelde Nederlander
de beste temperatuur voor een BBQ?
A
19
B
23
C
28
D
34

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noord-Holland
Noord-Brabant
Zuid-Holland
Utrecht
Limburg
Flevoland
Overijssel
Gelderland
Groningen
Friesland
Drenthe
Zeeland

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 1. Wat doe je NIET als er een ongeluk gebeurd is?
Zorgen dat je zelf veilig bent.
Meteen naar het slachtoffer rennen.
112 bellen.
EHBO geven.

Slide 5 - Question de remorquage

Zorg altijd voor je eigen veiligheid. Ren dus niet meteen naar een slachtoffer, maar kijk eerst of het veilig is.
Enkelvoud

Hier is er één van.
Meervoud

Dit zijn er twee of meer.
kast
stoel
tafels
kasten
bank
stoelen
bed
bedden
tafel
banken

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de dieren in de juiste volgorde van klein naar groot.

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk land ligt ten Oosten van Nederland?
A
België
B
Luxemburg
C
Oostenrijk
D
Duitsland

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

09:50
10:55
01:15
07:05

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

11
17
15
16
10+5=
12+4=
7+4=
6+11=

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

1X2=
2X2=
3X2=
4X2=
5X2=
6X2=
7X2=
8X2=
9X2=
10X2=
20
18
16
14
12
10
6
4
2
8

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep het geld wat je nodig hebt in het groene vak. Betaal gepast!
30,60

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de juiste (digitale )tijden naar de klokjes.
17:00
1:30
19:00
12:30

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb jij ook zo'n hekel _____ koude koffie.
A
aan
B
met

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De hoofdstad van Italië is ...
A
Pisa
B
Napels
C
Rome
D
Venetië

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het ruikt hier ________ benzine.
A
naar
B
aan

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb het meest geleerd in:
A
Praktijkles
B
Theorieles

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik kijk altijd _________ het jeugjournaal.
A
naar
B
aan

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk land heeft de vorm van een laars?
A
Griekenland
B
Polen
C
Italië
D
Roemenië

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Welke locatie wordt niet
genoemd in dit nummer?
A
France
B
Deutschland
C
Österreich
D
Italia

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de zee
boven Nederland?
A
oceaan
B
IJszee
C
waddenzee
D
Noordzee

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Twijfel je _________ zijn verhaal?
A
naar
B
aan

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar staat deze toren?
A
Rome
B
Berlijn
C
Parijs
D
Amsterdam

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat verlang ik ______ een weekje zon!
A
aan
B
met
C
naar

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'declareren'?
A
Geld terugvragen bij de verzekering
B
Geld terugvragen bij het ziekenhuis
C
Geld terugvragen bij de huisarts
D
Geld terugvragen bij de apotheek

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met de euro kun je in heel Europa betalen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het ijs waar de deelnemers op schaatsen?
A
Slootijs
B
Natuurijs
C
Schaatsijs
D
Sneeuwijs

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De bank ... in de woonkamer.
A
staat
B
staan
C
sta
D
stat

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

... de zolder staat niks.
A
Onder
B
Naast
C
In
D
Op

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op de pizza zit tomaat. Tomaten worden geplukt. In welke groep werken deze mensen?

A
Eerste groep/sector = landbouw
B
Tweede groep/sector = industrie
C
Derde groep/sector = diensten

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De pizza's worden door de vrachtwagenchauffeur naar de supermarkt gebracht. In welke groep werkt de chauffeur?

A
Eerste groep/sector = landbouw
B
Tweede groep/sector = industrie
C
Derde groep/sector = diensten

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke volgorde??
de moeder opruimen
met het meisje
A
de moeder opruimt met het meisje
B
de moeder ruimt op met het meisje
C
de moeder opruimen met het meisje
D
de moeder ruimt met het meisje op

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke volgorde??
de oma opbellen de opa
A
de oma belt de opa op
B
de oma opbelt de opa
C
de oma bellen op de opa
D
de oma bellen de opa op

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions