Les 3 - theoriedag

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
VoedselbereidingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Periode 3
  • Vervolg op periode 1 
  • Aanwezigheid 4/6

Onderwerpen: 
  • HACCP
  • Schoonmaaktechnieken
  • Presentatietechnieken gerechten
  • Mise en place
  • Smaakmakers
  • Ontwerpeisen receptuur
  • Voedingswaarde berekenen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen periode 3
Kennis:





Vaardigheden:

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesplanning
1. Terugblik vorige week
2. Klassikale uitleg reiniging en desinfectie
3. Opdrachten maken: 
  • Mise en place
  • Recepteisen
  • Reiniging en desinfectie

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ging goed bij het in kaart brengen van de gevaren?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke maatregelen waren effectief?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hebben jullie tijdens het practicum risico’s opgemerkt die je eerder niet had voorzien?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe hebben jullie hygiëne en voedselveiligheid geborgd?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesplanning
1. Terugblik vorige week
2. Klassikale uitleg reiniging en desinfectie
3. Opdrachten maken: 
  • Mise en place
  • Recepteisen
  • Reiniging en desinfectie

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reiniging

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Desinfectie

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten vervuiling
De soorten vuil, die op een opper-
vlakte kunnen 
voorkomen na het 
produceren van 
een voedingsmiddel, 
zijn:

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Loszittend grof vuil
Gemakkelijk te verwijderen (bijv. etensresten op een bord)

Voorbeelden voedingsindustrie:
  • stukjes groenten na het snijden
  • kleine stukjes vlees
  • zand bij verwerking van aardappelen
  • meelresten

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vastzittend organisch vuil
Moeilijker te verwijderen
  • Afkomstig uit het product of grondstof
  • Niet altijd zichtbaar
  • Hechten aan de oppervlakte

    Reinigen: meer energie en reinigingsmiddel is nodig. 
    Bijv. eiwitten of frituurvet

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vastzittend anorganisch vuil
Zeer moeilijk te verwijderen

Bijv. kalkaanslag
  • Geen plantaardige- of dierlijke oorsprong

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Micro-organismen
In alle drie bovengenoemde lagen komen micro-organismen voor. 

Na het reinigen blijven nog micro-organismen achter
Desinfectie is noodzakelijk! 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Invloeden op vuil
  • Verhitting
  • Uitdroging
  • Tijdsstip van reinigen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reinigingsmiddelen

Indeling op basis van pH:

  • Zure reinigingsmiddelen pH < 4
  • Neutrale reinigingsmiddelen pH = 4 -10
  • Basische reinigingsmiddelen pH > 10

Slide 33 - Diapositive

Binnen het grote aanbod aan reinigingsmiddelen kunnen we drie groepen  onderscheiden: 
1 zure reinigingsmiddelen;
2 basische reinigingsmiddelen;
3 neutrale reinigingsmiddelen.

Slide 34 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Zure reiningsmiddelen

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Basische reinigingsmiddelen
Basische reinigingsmiddelen noemen we ook wel loog

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Neutrale reiningsmiddelen

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Neutrale reiningsmiddelen

Apolaire staart = hydrofoob
Polaire kop = hydrofiel
Oppervlakte actieve stoffen
Vorming micellen

bijv. zeep en shampoo

Slide 38 - Diapositive

Hydrofiel - houdt van water
Hydrofoob - keert af van water

Oppervlakte actieve stoffen bestaan uit een hydrofiele kop en een hydrofobe staart. Dus ze trekken aan de ene kant water aan en stoten aan de andere kant water af. Wanneer zo'n oppervlakte actieve stof wordt gemengd met een polaire (water) en apolaire stof(vet). Dan gaan deze oppervlakte actieve moleculen  op het grensvlak zitten van deze stoffen.

We kunnen ons dat als volgt voorstellen: de oppervlakte-actieve moleculen gaan met  hun apolaire kant een binding aan met de vetmoleculen (die zijn ook polair) en met hun polaire kant met de watermoleculen (die polair zijn). Het vet wordt als het ware omhuld door een laagje oppervlakte-actieve moleculen. Deze worden aangetrokken door het water, waardoor het vuil in oplossing gaat in het water en weggespoeld kan 
worden.

Zo werkt zeep...

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Desinfectiemiddelen
Stoffen die door hun chemische structuur in staat zijn m.o.'s te doden. 
  • Chloorverbindingen
  • Jodoforen
  • Quateranire ammoniumverbindingen
  • Perioxiden
  • Aldehyden
  • Halogeencarbonzuren

Slide 40 - Diapositive

Desinfectiemiddelen moeten:
– schadelijk zijn voor zoveel mogelijk micro-organismen;
– ongevaarlijk zijn voor de huid;
– een geringe corrosiviteit hebben (zo weinig mogelijk reageren met materialen);
– biologisch afbreekbaar zijn;
– goed kunnen doordringen in kieren en naden.
Lesplanning
1. Terugblik vorige week
2. Klassikale uitleg reiniging en desinfectie
3. Opdrachten maken: 
  • Mise en place
  • Recepteisen
  • Reiniging en desinfectie

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen periode 3
Kennis:





Vaardigheden:

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions