Les 6 grammatica (zinsdelen lijdend voorwerp)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Welkom!

Ga zitten op je plek

Startopdracht: lees uit je leesboek

Een leesboek

Nieuw Nederlands boek

Schrift en pen

Jeugdjournaal

Bedenk 2 inhoudelijke vragen

(waarop je zelf het antwoord ook weet)

Wat gaan we doen vandaag?

1. Mededelingen

2. Terugblik

3. Lesdoel

4. Zinsdelen

5. Aan de slag & Numo

6.  Huiswerk en evaluatie

Mededelingen

Zijn er dingen die ik moet weten?

Terugblik

Ik kan samengestelde zinnen herkennen.

Samengestelde zinnen

Blz. 208

1. Samengestelde zinnen bestaan uit twee lossen zinnen.

2. Deze zijn aan elkaar geplakt door een voegwoord. 

3. Je kunt (meer dan) 2 persoonsvormen tellen.

Huiswerk bespreken

Opdracht 1/3 van blz. 208-209

Lesdoel

Ik kan het lijdend voorwerp uit de zin halen.

Lijdend voorwerp

Blz. 212

Een lijdend voorwerp geeft meestal aan wie of wat iets overkomt.

Hoe vind je een lijdend voorwerp?

1. Zoek de persoonsvorm

2. Zoek het onderwerp

3. Zoek het werkwoordelijk gezegde

4. Wat of wie + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?

Voorbeeld

Jan heeft een groene schoen gekocht.

PV? Heeft

Ow? Jan

Wg? Heeft gekocht

Wie of wat heeft Jan gekocht? Een groene schoen

Zelfstandig aan de slag

- Werk in stilte

- Maak: Opdracht 1/4 vanaf blz. 212

- Klaar? Ga aan de slag in Numo

Vragen? Steek je vinger op

Numo

Ga in stilte aan de slag met je taak.

Huiswerk

Opdracht 1/4 vanaf blz. 212

Evaluatie

Wat ging er goed deze les? 

Wat ging er minder goed?

Wat heb ik geleerd?