7.1 gezond eten

2.4 Gezonde voeding
3 VWO
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

2.4 Gezonde voeding
3 VWO

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Opmerkingen
Uitleg basisstof 4
Nakijken opdracht 4 (bs 2)
Huiswerk maken

Slide 2 - Diapositive

Opmerkingen
27 november
SO basisstof 1 t/m 4 van thema 2

Leerdoelen van thema 2 (per les paar beantwoorden --> samenvatting)

Slide 3 - Diapositive

De voedingsstoffen 
- Water - Eiwitten - Vetten - Koolhydraten -Vitamines - Mineralen


= bruikbare bestanddelen van voedingsmiddelen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Vetten
Verschil verzadigd en onverzadigd vet?


Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Gezond
  1. Eet gevarieerd: gebruik elke dag iets uit ieder vak van de schijf van vijf.
  2. Eet niet te veel en beweeg
  3. Eet minder verzadigd vet
  4. Eet veel groente, fruit en brood
  5. Ga veilig met voedsel om

Slide 13 - Diapositive

Energiebehoefte
Een groot deel van je voedsel gebruik je als brandstoffen. Uit dit deel van je voedsel haalt je lichaam de energie die het nodig heeft.

Energie uitdrukken:
1 kcal = 4,2 KJ

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

BMI
= body mass index

--> hiermee kan iemand bepalen of zijn of haar gewicht goed is.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Welke twee stoffen moet een vegetariër extra innemen?
A
Aminozuren
B
IJzer
C
Vitamine B12
D
Zetmeel

Slide 21 - Quiz

Vanwege welke voedingsstoffen moet een vegetariër vleesvervangers eten?
A
Aminozuren
B
Eiwitten
C
Essentiële aminozuren
D
Essentiële eiwitten

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Vlees en ei bevatten goede voedingsstoffen, zoals ijzer en vitamine B1.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Nakijken
Opdracht 4 van thema 2

Slide 26 - Diapositive

Oefenen
Maak opdracht 14 t/m 17 van thema 2 (basisstof 4).

Maak ook opdracht 11 t/m 13 van thema 2 (basisstof 3)



Op magister (onder studiewijzers) staan de leerdoelen van thema 2. Beantwoord elk leerdoel van basisstof 3 en 4. Bewaar dit goed, want dan heb je meteen een samenvatting voor de toetsen.
timer
10:00

Slide 27 - Diapositive

Nakijken
Opdracht 13 van basisstof 3
14, 16, 17

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

verschil calorie / joule
Een calorie is een eenheid van energie. Formeel is 1 calorie is de hoeveelheid energie die nodig is om 1 gram water 1 graad op te warmen. Dus 1 kcal (kilocalorie) is nodig om een liter water één graad te verwarmen.

Energie wordt ook wel uitgedrukt in Joule. Eén Joule is ongeveer de energie die nodig is om 1 liter frisdrank 10 cm op te tillen. Dat is niet veel energie.
De verhouding tussen calorie en Joule is als volgt: 1 calorie = 4,1868 Joule.

Slide 32 - Diapositive

rekenen kcal som

Slide 33 - Diapositive