Didactiek P2 L6: Didactische werkvormen deel 1

Didactische werkvormen 
Thema 8
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
didactiekMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Didactische werkvormen 
Thema 8

Slide 1 - Diapositive

Warming up
Wat weten we nog van bewegingsvormen?

Slide 2 - Diapositive

Geef voorbeeld van bewegingsvorm waar je totaalmethode toepast.

Slide 3 - Question ouverte

Watertrappelen 1x laten zien en iedereen gelijk dat laten oefenen.
A
Totaalmethode
B
Deelmethode

Slide 4 - Quiz

Je kan een oefening van makkelijk naar moeilijk maken, hoe kan je oefeningen nog meer methodisch opbouwen?

Slide 5 - Carte mentale

Methodische principes
1. Van hoofdonderdelen naar gedetailleerde onderdelen
2. Van laag naar hoog vlak.
3. Met veel rust naar weinig rust ( hersteltijd).
4. Van langzaam uitvoeren naar snel uitvoeren.
5. Van weinig spelregels naar veel.

Slide 6 - Diapositive

Waar gebruik je het BHU model voor?
A
Voor methodische opbouw
B
Om te kunnen differentiëren

Slide 7 - Quiz

Welke deelnemers kunnen de uitbreidingsoefening doen?
A
De deelnemers die basis al beheersen
B
Deelnemers die Herhaling beheersen

Slide 8 - Quiz

2 vormen van differentiëren zijn
A
Motorisch Cognitief
B
Inhoudelijke Organisatorische
C
Deel Totaal

Slide 9 - Quiz

Waar moet Bewegingsvorm aan voldoen?

Slide 10 - Carte mentale

Zijn eisen hieronder in bewegingsvorm in volgende video toepasbaar?
- Veilig,
- betekenisvol,
- belevingswaarde en afwisseling (psychisch curve)
- optimale intensiteit,
- differentiatie mogelijk,
- methodisch goed opgebouwd.

Slide 11 - Diapositive

Didactische werkvormen 
Thema 8

Slide 12 - Diapositive

Thema 8
Didactische werkvormen zijn: Manieren waarop je een bewegingsvorm of organisatie aanbiedt.
OF
Het geheel van didactische handelingen die door de lesgever worden gebruikt met het oog op het bereiken van een vooraf bepaalde doelstelling.


Slide 13 - Diapositive

Noem zo veel mogelijk manieren die een lesgever gebruikt om iets sportiefs aan te leren bij een deelnemer:

Slide 14 - Carte mentale

Voorbeelden van activiteiten van de lesgever:

• Informatie geven (Elleboog moet hoog zijn bij uithaal borstcrawl)
• Opdrachten geven (Borstcrawl 3 baantjes met hoge elleboog)
• Uitleggen (Met hoge elleboog zwem je stabieler en dus sneller)
• Verbeteren (probeer eens met je duim langs oksel te gaan)
• Beurten geven (wie kan de armslag uitleggen?)
• Laten experimenteren/uitproberen(ga maar uitproberen wat beter werkt)

Slide 15 - Diapositive

Waar in het didactisch model, staan "didactische werkvormen"?
A
Tegenover de beginsituatie
B
als onderdeel van de les/training
C
Bij de evaluatie
D
Onder de doelstelling

Slide 16 - Quiz

De didactische werkvormen bepalen hoe je de bewegingsvormen gaat aanbieden.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Didactische werkvormen

Slide 19 - Carte mentale

Slide 20 - Vidéo

Met welke doelgroep kies je voor een open didactische werkvorm?

Slide 21 - Carte mentale

Met welke doelgroep kies je voor een gesloten didactische werkvorm?

Slide 22 - Carte mentale

En nu?
  • Opdracht 4 thema 8
  • Werken aan je les methodiek

Slide 23 - Diapositive