les 5 (hv2a)

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
Je laptop nog even in je tas laten zitten.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare school

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
Je laptop nog even in je tas laten zitten.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Terugblik doelen vorige les/week.   
Uitleg nieuwe doelen.   
Opdrachten maken.   
Afsluiten; hoe is het deze les gegaan? 

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je nog/al?
Luchtdruk, hoe kun je dat aantonen?
Hoe merk je aan je oren als de luchtdruk hoger wordt?
Waarom neemt de luchtdruk af als je de bergen in gaat?
Hoe meet je de luchtdruk?

Nieuw deze week: Hoe waait de wind? Hoe meten we de wind? Wat kun je meten aan de wind? "windchill"-factor?

Slide 3 - Diapositive

Welke vragen waren lastig?
Vraag 8.  (let op: 80 m = 10 mbar, dus 1 mbar = 8 meter, dus 
0 meter = 1015mbar (je start op de grond). Dus 1015-988= 27 mbar. 27mbar x 8meter  = 216 meter
Als luchtdruk op grond naar 1000 mbar daalt dan is verschil minder en de hoogte dus lager.
Andere vragen fout en nog niet duidelijk waarom?  
Of snap je een vraag nog niet?  
Vraag dan zo tijdens het maken van de opdrachten nog even om extra uitleg.

Slide 4 - Diapositive

Nieuwe leerdoelen deze week: 
• Je weet wat een hoge- en een lagedrukgebied zijn en of de luchtdruk erbinnen hoger of lager 
is dan erbuiten. 
• Je kunt uitleggen wat de windrichting, windsnelheid en windkracht zijn. 
• Je kunt uitleggen hoe wind ontstaat. 
• Je kunt uitleggen waarom wind een afkoelend effect heeft. 
• Je kunt uitleggen waarom lucht een warmte-isolator is. 
 
Voor vwo ook: 
+ Je kunt beschrijven wat het verschil is tussen de echte temperatuur en de gevoelstemperatuur en uitleggen waarom deze verschillend kunnen zijn. 
 

Slide 5 - Diapositive

• Je weet wat een hoge- en een lagedrukgebied zijn en of de luchtdruk erbinnen hoger of lager is dan erbuiten. 
• Je kunt uitleggen hoe wind ontstaat. 
Noordelijkhalfrond:
Lagedruk draait naar links  (Let op de L) Hoge druk draait naar rechts.
Wind onstaat door drukverschil doordat warme lucht uitzet en stroomt van hoog naar laag

Op zuidelijkhalfrond net anders om.



Slide 6 - Diapositive

• Je kunt uitleggen wat de windrichting, windsnelheid en windkracht zijn. 
Zuidwesterstorm.
Wat weet je dan over de richting?
Wat weet je over de snelheid?
Wat weet je over de windkracht?

Slide 7 - Diapositive

-Je kunt uitleggen waarom wind een afkoelend effect heeft. 
-Je kunt uitleggen waarom lucht een warmte-isolator is. 
Enkelglas en dubbelglas, waardoor is dubbelgals isolerend?
Waardoor houd de vacht een dier warm?
En een trui een mens?

Waarom koel je af als je je trui uitdoet? En vergelijk dat dan eens met het afkoelen door de wind.
Is de luchttemperatuur anders als je je trui uitdoet?

Extra afkoeling als je zweet in de wind. (Wielrenner die na de beklimming de berg af fietst deed vroeger krant onder zijn shirt zodra hij aan de afdaling begon...)

Slide 8 - Diapositive

Havo gaat aan het werk.
-Maak paragraaf 3 opdracht 1 t/m 9
-Antwoorden van de opdrachten controleren  
-Formatief toetsen van de leerdoelen met 
  • de flitskaarten en 
  • de test je zelf.

Slide 9 - Diapositive

Je kunt beschrijven wat het verschil is tussen de echte temperatuur en de gevoelstemperatuur en uitleggen waarom deze verschillend kunnen zijn. 
Net geleerd dat wind zorgt voor afkoeling.
Als je buiten staat en het is 10 graden dan maakt de hoeveelheid wind uit hoe koud dat aanvoelt. 
Sta je in de wind dan lijkt het kouder. De gevoelstemperatuur is dan lager dan wanneer je uit de wind staat.

Daarom geeft weerbericht bij kou vaak een waarschuwing voor de lage gevoelstemperatuur.
Bij gevoels temperatuur van -15 graden Celsius of lager kunnen onbedekte delen huid bevriezen.
Zie plaatje Windchill-factor.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

timer
5:00
Leerdoelen:
• Je weet wat een hoge- en een lagedrukgebied zijn en of de luchtdruk erbinnen hoger of lager is dan erbuiten. 
• Je kunt uitleggen wat de windrichting, windsnelheid en windkracht zijn. 
• Je kunt uitleggen hoe wind ontstaat. 
• Je kunt uitleggen waarom wind een afkoelend effect heeft. 
• Je kunt uitleggen waarom lucht een warmte-isolator is. 
 
Voor vwo ook: 
+ Je kunt beschrijven wat het verschil is tussen de echte temperatuur en de gevoelstemperatuur en uitleggen waarom deze verschillend kunnen zijn 

Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen de tekst van paragraaf 3
-Te maken: havo opdracht 1 t/m 9 en vwo 1 t/m 11
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.   
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.

Slide 12 - Diapositive

Afsluiting.
Hoe ver ben je gekomen? 
Samenvatten van deze les. 
Feedback geven en vragen. 
Ga je thuis nog wat doen om de doelen te bereiken? Zo ja, wat?

Slide 13 - Diapositive

Genoteerd wat je thuis gaat doen?  
Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.

Slide 14 - Diapositive

spinners per klas 
       hv1a                       hv1b                           hv2a                         hv2b

Slide 15 - Diapositive