Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Leesvaardig: alinea's (NIeuw Nederlands)
Leesvaardig (Nieuw Nederlands)
De alinea (paragraaf 3, blz. 32-36)
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Leesvaardig (Nieuw Nederlands)
De alinea (paragraaf 3, blz. 32-36)
Slide 1 - Diapositive
Maar eerst...
... de opdracht en theorie van vorige week!
Slide 2 - Diapositive
Welke drie belangrijke tekstsoorten ken je?
Slide 3 - Question ouverte
Sleep de juiste tekstdoelen naar de tekstsoorten.
Lezers overtuigen van jouw standpunt.
Objectieve, informerende tekst
opiniërende tekst, lezers laten nadenken en een mening vormen
Uiteenzetting
Beschouwing
Betoog
Slide 4 - Question de remorquage
Wat zijn tekststructuren?
A
Logische opeenvolgingen van alinea's (functies)
B
Inleiding, middenstuk, slot
C
Standpunt, argument
D
Anekdote, uitleg, samenvatting
Slide 5 - Quiz
Vink aan: welke vaste tekststructuren passen bij een beschouwing? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
probleem-oplossingsstructuur
B
argumentatiestructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
verklaringsstructuur
Slide 6 - Quiz
Welke tekststructuren kent de uiteenzetting?
A
aspectenstructuur, verklaringsstructuur en voordelen-nadelenstructuur
B
verklaringsstructuur, argumentatiestructuur vraag-antwoordstructuur
C
aspectenstructuur, verklaringsstructuur en verleden/heden/toekomst structuur
D
aspectenstructuur, probleem-oplossingsstructuur en voordelen-nadelenstructuur
Slide 7 - Quiz
Welke vaste tekststructuren zijn geschikt
voor een betoog/ingezonden brief?
(meerdere antoorden)
A
Verleden/heden/toekomststructuur
B
Een voor-/nadelenstructuur
C
Een argumentatie-structuur
D
Een verklaringsstructuur
Slide 8 - Quiz
Maken
Opdracht 2 op blz. 28 t/m 31
Eind van de les af!
Slide 9 - Diapositive
Huiswerkcontrole
Vaste tekststructuren
Opdracht 2, blz. 28 t/m 31
(pak het gemaakte huiswerk en noteer de antwoorden)
Slide 10 - Diapositive
vraag 1: Wat is het onderwerp van de tekst?
Slide 11 - Question ouverte
vraag 7:
Maak de nu volgende sleepvraag met behulp van je antwoorden
Slide 12 - Diapositive
Intens en Rebels: rock, alternatieve muziek en heavy metal
Opgewekt en Conventioneel: pop, country, religieuze muziek
Energiek en Ritmisch: rap, hiphop, urban, soul, funk en dance/ elektronische muziek
Reflectief en Complex: jazz, blues, klassiek en folk
1.
hulpvaardig
2 hoffelijk
3 sportief
4 vindt zichzelf aantrekkelijk
1 bang
2 somber
1 hulpvaardig
2 hoffelijk
3 sportief
1 vindt zichzelf niet aantrekkelijk
Extravert
aardig
wel open voor nieuwe ervaringen - neurotisch - zorgvuldig - aardig
extravert - aardig - zorgvuldig
wel open voor nieuwe ervaringen - slordig - onaardig
Slide 13 - Question de remorquage
vraag 8: Waarom gebruikten Ter Bogt en zijn collega's de 'Big Five' bij de evaluatie van de persoonlijkheid van mensen.
Slide 14 - Question ouverte
vraag 12: Op welke van deze factoren gaat de auteur nader in?
Slide 15 - Question ouverte
Vraag 14: Welke structuur heeft deze tekst?
A
argumentatiestructuur
B
aspectenstructuur
C
verklaringstructuur
D
Vraag/antwoordstructuur
Slide 16 - Quiz
Theorie: alinea en kernzin
Alinea:
Elke tekst is ingedeeld in alinea's.
Een goed opgebouwde alinea is een afgeronde eenheid. met
één deelonderwerp
.
Kernzin:
de zin die het belangrijkste (de hoofdgedachte) van een alinea weergeeft;
staat meestal a
an het begin of aan het eind v
an de alinea: de rest van de alinea is een uitwerking (een verduidelijking of toelichting).
Bij langere alinea´s staat de kernzin vaak na een overgangszin. De kernzin is dan
de tweede zin
van de alinea.
Slide 17 - Diapositive
Functie van een alinea
Een tekstgedeelte (dat kan een alinea, een deel van een alinea of zelfs een groep alinea’s zijn) heeft een bepaalde functie binnen de hele tekst.
Ext
ra stof:
Slide 18 - Diapositive
Functiewoorden
Een alinea heeft een bepaalde 'taak', oftewel functie binnen een tekst. Deze 'taak' omschrijf je met:
Functiewoorden
Kijk de uitlegvideo
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Vidéo
Huiswerk
Paragraaf 3: 'De alinea'
Maak opdracht 3, blz. 33 t/m 36
Lees paragraaf 4: 'Tekstverbanden' (blz. 37), lesstof volgende week woensdag.
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
H5 Herhaling Communicatie 5 en 6
Novembre 2023
- Leçon avec
43 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Leesvaardigheid 4V - RSN H1 en 2 samenvatting
Octobre 2022
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Schrijven - algemeen
Septembre 2022
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Leesvaardig: alinea's (NIeuw Nederlands)
Mars 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Schrijven - algemeen 2021-2022
Mars 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Schrijven - algemeen: uiteenzetting, beschouwing en betoog 2021-2022
Octobre 2020
- Leçon avec
49 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
NN cursus 2: uiteenzetting, betoog en beschouwing/stappenplan tekstanalyse
Mai 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 Communicatie 4 en 5 indeling van de tekst en tekststructuren
Octobre 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4