Seizoenen klas 3

• Aardrijkskunde
• Beroepsopleiding

Aardrijkskunde klas 3

Planning

• Terugblikje
• Seizoenen
  
• Een begin maken met de PO

Terugblik

Belangrijk om te houden!

Je kijkt eerst naar de koudste maand (noordelijk halfrond winter in januari, zuidelijk halfrond winter in juli)

Klimaatfactoren

1. Hoogteligging
   
2. Breedteligging
   
3. Afstand tot de zee
   
4. Windrichting
5. Zeestroming

Hoogteligging

Hoogteligging

• Algemene regel: Hoe hoger in de atmosfeer, hoe kouder (en ook minder vegetatie)
  
• De zon verwarmt de aarde
  
• Zonnestralen geven hun warmte pas af wanneer deze het aardoppervlak bereikt
  
• De aarde wordt dus van onderaan opgewarmd
  

Breedteligging

2. Breedteligging

• Algemene regel: Hoe lager de breedte, hoe warmer, hoe hoger de breedte, hoe kouder
  
• Lage breedte (tropen): Loodrechte zonnestralen die een klein oppervlak moet opwarmen. 
  
• Hoge breedte (poolstreken): Schuine zonnestralen die een groter oppervlakte moeten opwarmen
  

Afstand tot de zee

3. Afstand tot de zee

• Hoe verder van de zee, hoe groter het verschil tussen de temperatuur in de zomer en winter
  
• De zee heeft een gematigde invloed: de zee zorgt ervoor dat het langs de kust nooit heel warm of heel koud wordt
  
• Land warmt snel op en koelt snel af
  

Waarom is het bij de tropen zo warm en bij de polen zo koud?

Hoe ontstaan seizoenen?

Pooldag en poolnacht

Heb je nog vragen?

PO klimaat en landschap

• Groepjes van 3 leerlingen
  
• Inlever datum: maandag 30 oktober om 7:30
  
• Taakverdeling/ logboek: via de mail sturen
  

Stap 1

Groepjes maken

Stap 2

Brainstormen over welk land

Begin nu met je taakverdeling

In het kort, wat hebben we vandaag gedaan?