MCAWIS lj 3h dt 1 les 8

Vandaag
Start van de les
Herhaling
Werktijd
Afsluiting van de les
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 46 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Vandaag
Start van de les
Herhaling
Werktijd
Afsluiting van de les

Slide 1 - Diapositive

Exponentiële formule

De standaardformule die hoort bij exponentiële groei is:



b is het begingetal

g is de groeifactor

t is de tijd




B=bgt

Slide 2 - Diapositive

Tabellen

Als je in een tabel iedere keer met dezelfde factor moet vermenigvuldigen om de volgende uitkomst te krijgen, is er sprake van exponentiele groei.


De factor waarmee je vermenigvuldigt is de groeifactor.


                                                                                        de groeifactor is 1,5

Slide 3 - Diapositive

De factor bij procenten
Als iets met een aantal procenten toe- of afneemt kan je het beginaantal vermenigvuldigen met een factor. 


De factor: 






100100+ofprocentverandering

Slide 4 - Diapositive

De factor bij procenten
Als een hoeveelheid meerdere keren procentueel verandert,  kan je dat uitrekenen door de factoren met elkaar te vermenigvuldigen. 

Een hoeveelheid neemt eerst met 18% toe, daarna met 5% af. Met hoeveel % verandert de hoeveelheid? 
                                   
de hoeveelheid neemt  12,1 % toe. 
  









1,180,95=1,121
1,121100=112,1
112,1100=12,1

Slide 5 - Diapositive

De factor bij procenten
De groeifactor: 





100104=1,04

Je krijgt per jaar 4% rente

Dan heb je na een jaar 104%


De groeifactor is:

10094=0,94

Het aantal haaien neemt met 6% per jaar af

Na een jaar is er nog 94% over


De groeifactor is:

100100+ofprocentverandering

Slide 6 - Diapositive

Exponentiële formule

De standaardformule die hoort bij exponentiële groei is:




uitkomst=begingetalgroeifactortijd
B=bgt

Slide 7 - Diapositive

Exponentiële formule
Je zet €453 op de bank, je krijgt 4% rente. 
Hoeveel heb je na 10 jaar?

 
uitkomst=begingetalgroeifactortijd

Slide 8 - Diapositive

Exponentiële formule
Je zet €453 op de bank, je krijgt 4% rente. 
Hoeveel heb je na 10 jaar?

begingetal = 453
groeifactor =
tijd = 10 

Na 10 jaar heb je € 670,55 op je rekening staan. 
uitkomst=begingetalgroeifactortijd
100104=1,04
uitkomst=4531,0410=670,55

Slide 9 - Diapositive

Exponentiële formule
Er zijn nog 2250 panda's, ieder jaar neemt dat aantal met 6% af.
Hoeveel panda's zijn er nog na 15 jaar? 


uitkomst=begingetalgroeifactortijd

Slide 10 - Diapositive

Exponentiële formule
Er zijn nog 2250 panda's, ieder jaar neemt dat aantal met 6% af.
Hoeveel panda's zijn er nog na 15 jaar? 

begingetal = 2250
groeifactor =
tijd = 15 

Na 15 jaar zijn er nog 889 panda's
uitkomst=begingetalgroeifactortijd
10094=0,94
uitkomst=22500,9415=889,41

Slide 11 - Diapositive

Standaardvorm of 
wetenschappelijke notatie


Manier om grote en kleine getallen meer overzichtelijk op te schrijven.

Slide 12 - Diapositive

Grote getallen
Duizend     1 000
Miljoen       1 000 000    
Miljard        1 000 000 000
Biljoen        1 000 000 000 000
Biljard         1 000 000 000 000 000 
103
106
109
1012
1015

Slide 13 - Diapositive

Grote getallen in de wetenschappelijke notatie

1 duizend = 1000 =
1760 = 1,76 x 1000 =
 13 245 864 = 1,32 x 10 000 000 =
 


1,0103
1,76103
1,32107

Slide 14 - Diapositive

Kleine getallen
Duizendste    0,001
Miljoenste      0,000 001
Miljardste       0,000 000 001

103
106
109

Slide 15 - Diapositive

Kleine getallen in de wetenschappelijke notatie
1 duizendste =               = 0,001 = 

0 , 000 007 65 = 


10001
103
7,65106

Slide 16 - Diapositive

Kwadratische verbanden

Slide 17 - Diapositive

Na deze les kan je...
...eigenschappen en vormen van een parabool herkennen,
 ...de coördinaten van de top van een parabool op meerdere manieren berekenen 
...een parabool tekenen

Slide 18 - Diapositive

Weet je nog? Haakjes wegwerken

  




4(x+5)=4x+20
4(x5)=4x20
4(x5)=4x+20

Slide 19 - Diapositive

Weet je nog? Ontbinden in factoren 

  




3w2+6w=3w(w+2)
2x+6=2(x+3)

Slide 20 - Diapositive

Weet je nog? Dubbele haakjes wegwerken

  










x25x+3x15
(x+3)(x5)
x22x15

Slide 21 - Diapositive

Weet je nog? som-product methode



de som van 4 en 5 is 9 (4 + 5 = 9)
het product van 4 en 5 is 20 (4 x 5 = 20)
  










(x+4)(x+5)
x2+9x+20

Slide 22 - Diapositive

Weet je nog? som-product methode



de som van -2 en 8 is  6 (-2 + 8 = 6)
het product van -2 en 8 is -16 (-2 x 8 = -16)
  










(x2)(x+8)
x2+6x16

Slide 23 - Diapositive

Weet je nog? 

           
  

x2=9
x2=9
x=3
heeft geen oplossing (g.o.)
x=9
of
x=3

Slide 24 - Diapositive

Weet je nog?

  




51+x2=100
x2=10051=49
x=49
x=7
of
x=7

Slide 25 - Diapositive

Weet je nog? tweetermen oplossen

  








x(x+6)=0
x2+6x=0
x=0
x=0
of
of
x+6=0
x=6

Slide 26 - Diapositive

Weet je nog? tweetermen oplossen

  










7b(b3)=0
7b221b=0
7b=0
b=0
of
of
b3=0
b=3

Slide 27 - Diapositive

Weet je nog? eerst naar 0 herleiden, dan oplossen

  










5x225x=0
5x2=25x
5x=0
5x(x5)=0
x=0
of
of
x5=0
x=5

Slide 28 - Diapositive

Weet je nog? drietermen oplossen




  










(x2)(x+8)=0
x2+6x16=0
x=2
x2=0
of
of
x+8=0
x=8

Slide 29 - Diapositive

Weet je nog? drietermen oplossen




  










2x2+10x8=0
10x8=2x2
x25x+4=0
x=4
(x4)(x1)=0
x4=0
x1=0
x=1
of
of

Slide 30 - Diapositive

Belangrijk:
  • zet de formule in de juiste volgorde
  • op '0' herleiden
  • alles delen door de waarde voor x2



  










Slide 31 - Diapositive

Een parabool
De grafiek bij een kwadratische formule is een parabool: 


als a > 0 dalparabool
als a < 0 bergparabool

Een parabool is altijd symmetrisch, de top ligt op de symmetrieas
 

y=ax2+bx+c

Slide 32 - Diapositive

Top van de parabool
snijpunten met de x-as berekenen

Slide 33 - Diapositive

Top berekenen (snijpunten x-as)
Als er snijpunten met de x-as zijn, ligt de x coördinaat in het midden, op de symmetrieas. 

Je vindt de snijpunten op de x-as door de vergelijking op te lossen die eindigt op = 0


Slide 34 - Diapositive

Top berekenen (snijpunten x-as)
x2+4x5=0
(x1)(x+5)=0
x1=0
x=1
symmetrieas:25+1=2
(2)2+425=9
Top(-2,-9)
y=x2+4x5
bereken de top: 
x+5=0
x=5
of
of

Slide 35 - Diapositive

Top berekenen (snijpunten x-as)
bereken de top: 
y=x2+12x+20

Slide 36 - Diapositive

Top berekenen (snijpunten x-as)
bereken de top: 
y=x2+12x+20
x2+12x+20=0
(x+10)(x+2)=0
x+10=0
x=10
symmetrieas:210+2=6
(6)2+126+20=16
Top(6,16)
x+2=0
x=2
of
of

Slide 37 - Diapositive

Parabool tekenen
  1. Bereken de coördinaten van de top
  2. Maak een tabel met 7 punten met de top in het midden
    (maak voor het invullen gebruik van symmetrie) 
  3. Maak een assenstelsel met een goede verdeling op de assen 
  4. Teken de punten in het assenstelsel en maak een vloeiende parabool

Slide 38 - Diapositive

Vormen van een parabool
Standaardformule: 


a > 0 dalparabool 
hoe groter a is, hoe steiler de grafiek 
a < 0 bergparabool
hoe kleiner a is, hoe steiler de grafiek 
 
y=ax2+bx+c

Slide 39 - Diapositive

Vormen van een parabool
Standaardformule: 


b geeft de verschuiving over de x richting aan, 
bij b = 0 ligt de top op de y-as

c geeft de hoogte van de top aan, 
c = het snijpunt met de y-as
 
y=ax2+bx+c

Slide 40 - Diapositive

Drie verschillende vormen
Kwadratische formules kun je in verschillende vormen tegenkomen.

De standaardvorm van de kwadratische formule is:

y=ax2+bx+c

Slide 41 - Diapositive

Andere vorm

Deze formule kun je herschrijven naar de standaardvorm:
Voorbeeld:
Eerst de haakjes weg:
Tussen haakjes korter:
Vermenigvuldigen met
cijfer voor de haakjes:
y=a(xs)(xt)
y=3(x+2)(x3)
y=3(x23x+2x6)
y=3(x2x6)
y=3x23x18

Slide 42 - Diapositive

Andere vorm

Je kunt heel snel de snijpunten met de x-as afleiden:
Dat is:                 en                 
Je vult bij s en t de tegengestelde waarde in.

Voorbeeld:
                                                    , coördinaten zijn (-2,0) en (3,0)
y=a(xs)(xt)
(s,0)
(t,0)
y=3(x+2)(x3)

Slide 43 - Diapositive

Andere vorm

Deze formule kun je herschrijven naar de standaardvorm:
Voorbeeld:
Eerst kwadraat weg:
Haakjes weg:
x met cijfer voor de haakjes:
Laatste waarde optellen:
y=a(xp)2q
y=3(x+4)2+2
y=3(x+4)(x+4)+2
y=3(x2+8x+16)+2
y=3x2+24x+48+2
y=3x2+24x+50

Slide 44 - Diapositive

Andere vorm

Je kunt heel snel de coördinaten van de top afleiden:
Dat is:                             
Je vult bij p  de tegengestelde waarde in, bij q niet

Voorbeeld:
                                                    , coördinaten van de top (-4,2)
(p,q)
y=a(xp)2q
y=3(x+4)2+2

Slide 45 - Diapositive

Werktijd
Zorg dat alle opdrachten af zijn, nagekeken en bij mij afgetekend.

Slide 46 - Diapositive