seksualiteit en intimiteit bij ouderen

1 / 54
suivant
Slide 1: Vidéo
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2-4

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Waar denk je aan bij intimiteit en seksualiteit?

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Waar denk je aan bij: seksualiteit in de ouderenzorg?

Slide 8 - Question ouverte

Hoe ben je voorgelicht over seksualiteit?

Slide 9 - Question ouverte

Vinden ouderen seks belangrijk?
A
nee
B
ja, 50% van de mannen en vrouwen vindt het belangrijk.
C
alleen de mannen vinden het belangrijk

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Piramide van Maslow

1. Zelfontplooing

2. Respect en waardering

3. Sociale behoeften

4. Behoefte aan veiligheid

5. Fysieke, lichamelijke behoeften

Basisbehoeften; voeding, drinken, warmte

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

Slide 16 - Vidéo

Lesdoelen
- aan het einde van de les kan je aangeven waarom praten over seksualiteit in de ouderenzorg belangrijk is 
- aan het einde van de les kan je 2 manieren noemen waarop jij seksualiteit ter sprake kan brengen bij je client 
- aan het einde van de les weet je wat intimidatie inhoudt en weet je hoe je hier mee om moet gaan als verzorgende

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Beantwoord met elkaar:
- Hoe zou je omgaan met seksualiteit als je geen privacy hebt? 
- Hoe zou je het vinden als niemand je meer liefdevol aanraakt? 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Zou jij helpen om naar een speciale hulpverlener te gaan, zoals een seksuoloog.
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Wanneer een cliënt aan jou zou hebben die vraagt om hulp om seksuele hulpmiddelen aan te schaffen, zou jij helpen?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quiz

Hoe seksueel actief zijn ouderen denk je?
A
Niet zo. Er is weinig behoefte aan.
B
Er is nog steeds behoefte

Slide 31 - Quiz

Hoe seksueel actief zijn ouderen? 
61% van de ouderen van 55 jaar tot 80 jaar heeft het laatste half jaar seksueel actief geweest met een partner.

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Lien

Hoe het fout kan gaan... als er geen intimiteit meer is
1. Als een bewoner iets doet waar jij je niet prettig bij voelt 
2. Als jij als zorgprofessional iets doet, waarbij je de grens van de ander voorbij gaat
3. Een bewoner passeert de grens van een andere bewoner

Slide 34 - Diapositive

Hoe om te gaan met grensoverschrijdend gedrag?
grenzen verbaal kunt communiceren:
 Geef een ik-boodschap.
 Benoem concreet het grensoverschrijdende gedrag.
 Zeg dat je wilt dat het stopt.
 Vraag naar het waarom van het gedrag en de behoefte die er achter ligt.

Slide 35 - Diapositive

Niet doen!
 Jezelf verdedigen.
 Jezelf verontschuldigen (je doet niets verkeerds).
 Een jij-boodschap geven (jij bent zo handtastelijk, daar houd ik niet van = beschuldiging van
de ander; neem verantwoordelijkheid voor eigen gevoelens en spreek de ander aan op
gedrag niet op persoon zelf).
 Met een hoog stemmetje praten (neem jezelf en de ander serieus, jullie zijn beide geen
kleine kinderen).
 Discussiëren (jouw grens staat niet ter discussie).
 (Glim)lachen (zo lijkt het of je aardig gevonden wilt worden/ de boodschap wilt verzachten)

Slide 36 - Diapositive

Wat zijn na deze les aanbevelingen voor de toekomst?

Slide 37 - Question ouverte

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Lien

Slide 40 - Vidéo

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Vidéo

Hoeveel homoseksuele mannen en vrouwen worden om hun
seksuele voorkeur uitgescholden of in elkaar geslagen?
A
1 op 1000
B
1 op 100
C
1 op 10
D
1 op 5

Slide 43 - Quiz

Wist je dat...
• Zo’n 6-7% van de bevolking lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender is
• Ongeveer 20% van de bevolking liever niet wil omgaan met mensen die twijfelen over of zij man of vrouw zijn.
• 20% van de homo- of biseksuele ouderen bang is voor negatieve reacties van medebewoners in zorginstellingen
• Bewoners minder gemakkelijk over hun geaardheid durven te praten als je er automatisch van uit gaat dat ze hetero zijn.


Slide 44 - Diapositive

Wanneer kwam je voor het eerst in aanraking met
LHBT’s? Hoe reageerde je?

Slide 45 - Question ouverte

Wist je dat
• LHBT’s zich, vaker dan hetero’s, niet veilig voelen in hun woonomgeving of dat ze minder binding met hun buurt of buren hebben. Meer dan de helft van de transgenders heeft te maken gehad met ernstige bedreigingen of geweld in de openbare ruimte.
• Uit onderzoek blijkt dat LHBT’s niet worden ‘gezien’ door de meeste medewerkers of vrijwilligers in de zorg: ze denken er eenvoudig niet aan.
• Het ‘uitkomen voor wie je bent’ en spanning rondom acceptatie, het behoren tot een minderheid of te maken krijgen met pesten of discriminerend gedrag heeft zowel
psychische als sociale gevolgen, vaak ook op langere en op latere termijn. 

Slide 46 - Diapositive

Zelfmoordcijfers liggen onder homoseksuelen:
A
Lager dan bij heteroseksuelen
B
Even hoog als bij heteroseksuelen
C
Tot vier keer zo hoog als bij heteroseksuelen

Slide 47 - Quiz

De gelijkgeslachtelijke liefde was een bekend verschijnsel in:
A
De oude Griekse cultuur
B
De Romeinse cultuur
C
De klassieke Arabische poëzie
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn juist

Slide 48 - Quiz

Sinds wanneer is homoseksualiteit geen psychiatrische aandoening meer volgens
het DSM (het officiële ‘handboek voor psychiaters’)?
A
Sinds 1973
B
Sinds 1884
C
Homoseksualiteit is volgens DSM nog steeds een psychiatrische aandoening

Slide 49 - Quiz

Sinds welk jaar kunnen personen van hetzelfde geslacht met elkaar trouwen in
Nederland?
A
Dat kon altijd al
B
Sinds 1 januari 1969
C
Sinds 1 april 2001

Slide 50 - Quiz

Sinds wanneer bestaat de term ‘homoseksualiteit’?
A
Die term bestond altijd al
B
Sinds 1868 toen de Hongaarse journalist Kertbeny deze term voor het eerst gebruikte
C
De Duitse arts Mengele gebruikte deze term voor het eerst tijdens de Tweede Wereldoorlog

Slide 51 - Quiz

Waar komt de term ‘roze’ in “roze ouderen” vandaan?
A
Roze is de lievelingskleur van de meeste homo’s
B
Homo’s moesten een roze driehoek dragen in de Duitse concentratiekampen
C
De eerste openlijke homoseksuele oudere op de Nederlandse TV heette Jan Roze

Slide 52 - Quiz

Slide 53 - Diapositive

Wat neem je mee uit deze les? 

Slide 54 - Diapositive