Cette leçon contient 31 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 1
1.2 Wisselwerking tussen de geofactoren
6 vwo
Slide 1 - Diapositive
Deze les
Terugblik vorige les
Theorie 1.2 - incl verwerkingsopdrachten
Aan de slag
Slide 2 - Diapositive
Opdracht: het landschap als dynamisch systeem
Wat? Maken stencil startopdracht
timer
7:00
Slide 3 - Diapositive
Bespreken startopdracht
Slide 4 - Diapositive
1
Verwering
Het materiaal waar de grond uit bestaat verweert (valt uiteen) door de inwerking van water, CO2 en bacteriën. Daardoor komen voedingsstoffen vrij.
2
Mineralisatie
Wanneer organisch materiaal geheel wordt afgebroken, ontstaan CO2 en voedingsstoffen zoals stikstof, calcium en kalium.
3
Afsterven organisch materiaal
Boven en planten laten hun bladeren vallen.
4
Fotosyntese
Nieuw organisch materiaal wordt geproduceerd met behulp van zonlicht, water en voedingsstoffen.
5
Humusvorming
Wanneer organisch materiaal maar gedeeltelijk wordt afgebroken, ontstaat humus, die de bodem een zwarte kleur geeft. Humus houdt voedingsstoffen goed vast en bindt water aan zich.
Zwarte grond Chernozem) = vruchtbaar
6
Uitspoeling
Infiltrerend regenwater neemt voedingsstoffen en bodemmateriaal mee waarna het dieper in de grond weer inspoelt.
Slide 5 - Diapositive
Theorie §1.2
Wisselwerking tussen de geofactoren
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Leerdoelen 1.2
Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Ontstaan landschapszones
Verschillen in klimaat leiden tot verschillen in wisselwerking tussen de geofactoren en daarmee tot verschillende landschapszones.
Verschillen binnen de landschapszones ontstaan door reliëf.
Slide 11 - Diapositive
Nummer 1 - 6 onder elkaar in je schrift.
Geef van de volgende dia's :
1. De juiste naam van de landschapszone
2. Waar op aarde je deze landschapszone vindt
3. Welk klimaat past bij deze landschapszone?
Slide 12 - Diapositive
1
Slide 13 - Diapositive
2
Slide 14 - Diapositive
3
Slide 15 - Diapositive
4
Slide 16 - Diapositive
5
Slide 17 - Diapositive
6
Slide 18 - Diapositive
Antwoorden
1.Boreale zone - Landklimaat (Df)
2. Polaire zone - Toendraklimaat (ET)
3. Gematigde zone - Gematigd Zeeklimaat (Cf)
4. Subtropischezone - Mediterraan klimaat (Cs)
5. Aride zone - Steppeklimaat (BS)
6. Tropische zone - Tropisch Regenwoudklimaat (Af)
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
De mens
Doorbreekt het natuurlijke systeem
d.m.v. landbouw
1. natuurlijke kringlopen worden doorbroken
2. van biodiversiteit naar monocultuur
Slide 27 - Diapositive
Factoren die vruchtbaarheid bepalen:
Klimatologische omstandigheden: - temperatuur - neerslag
Vruchtbaarheid: - chemische vruchtbaarheid: voedingstoffen - fysische vruchtbaarheid: korrelgrootte bepaalt verdeling water en lucht
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Leerdoelen 1.2
Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.