Oriëntatie les basisvaardigheden

Oriëntatie 1 
Basisvaardigheden voor werken in het onderwijs 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Oriëntatie 1 
Basisvaardigheden voor werken in het onderwijs 

Slide 1 - Diapositive

Wat is jullie beeld van het Nederlandse onderwijs?

Slide 2 - Carte mentale

Welke vormen van onderwijs zijn er?

Slide 3 - Carte mentale

Wat voor basisvaardigheden heb je nodig in het onderwijs?

Slide 4 - Carte mentale

In het onderwijs
7 competenties 

Slide 5 - Diapositive

Interpersoonlijke competentie
Affectie
Empathie
Ruimte bieden en grenzen stellen
Ken je leerlingen 
Jouw houding als leraar. (Roos van Leary) 

Slide 6 - Diapositive

Pedagogische competentie
Sociale veiligheid
De veilige leeromgeving 
Stellen van grenzen
Regels en escalatie
Orde houden
Respect voor elke geaardheid.


Slide 7 - Diapositive

Vakinhoudelijke en didactische competentie

‘Uitleggen’
Kennis van vakinhoud (niet erg als je iets niet weet)
Ontwerpen van lessen
Het boek is een inspiratiebron, geen keurslijf

Slide 8 - Diapositive

Organisatorische competentie
Plannen
Passend organiseren
Instructies schrijven
Een goede organisatie is het halve werk.
Onderwijsassistenten is een onderwijsassistent 


Slide 9 - Diapositive

Competent in het werken in een schoolteam

Samenwerken
Observeren en feedback
Werken in een team
Ik ben een deel van het geheel.

Slide 10 - Diapositive

Competent in relatie met de schoolomgeving

Over de eigen schoolomgeving
Over de externe contacten vd school
Onderwijs treedt ook buiten het schoolgebouw.
Ouders horen ook bij de omgeving.
Waar ligt de fysieke grens van je onderwijs?

Slide 11 - Diapositive

Competent in persoonlijke reflectie en ontwikkeling

Reflecteren op persoon, proces en product
Een leven lang blijf ik aantoonbaar leren.
Ik reflecteer telkens op mijn handelen.

Slide 12 - Diapositive

De taken van de onderwijsassistent
  • Sorteren, printen, kopiëren en nieten.
  • Surveilleren tijdens toetsen of pauzes
  • Oefeningen doen met leerlingen die extra aandacht nodig hebben
  • De lesplanning doen in overleg met de leraar
  • Het klaslokaal opruimen en/of voorbereiden voor toetsen of experimenten
  • De administratie van cijferlijsten en aanwezigheid bijhouden
  • Het plannen en organiseren van buitenschoolse activiteiten 
  • Verzorgende ondersteuning 

Slide 13 - Diapositive

Questions?

Slide 14 - Carte mentale